Het Spaanse ministerie van Financiën heeft bevestigd dat werknemers die het minimumsalaris (Salario Mínimo Interprofesional, SMI) ontvangen, vanaf dit jaar voor het eerst inkomstenbelasting (IRPF) moeten betalen. Dit komt door de recente stijging van het SMI naar 1184 euro bruto per maand, verdeeld over 14 betalingen.
Met deze verhoging bedraagt het jaarlijkse minimumsalaris nu 16.576 euro, wat boven de huidige vrijstellingsdrempel van 15.876 euro ligt. In voorgaande jaren paste de overheid de belastingdrempel aan wanneer het SMI werd verhoogd, zodat werknemers met het minimumsalaris vrijgesteld bleven van IRPF. Dit keer is besloten die aanpassing niet door te voeren, waardoor duizenden werknemers met een laag inkomen belasting zullen moeten betalen.
Volgens schattingen zal deze maatregel ongeveer 500.000 werknemers treffen. Voor velen van hen betekent dit dat ze voor het eerst een deel van hun loon aan belastingen moeten afdragen. De exacte impact hangt af van individuele omstandigheden, zoals het aantal gezinsleden en andere aftrekposten.
De vakbonden en sommige politieke partijen hebben kritiek geuit op deze beslissing. Zij stellen dat de verhoging van het SMI bedoeld was om de koopkracht van de laagstbetaalde werknemers te verbeteren, en dat belastingheffing deze vooruitgang deels tenietdoet. Ze roepen de regering op om alsnog de vrijstellingsgrens te verhogen, zodat het minimumsalaris opnieuw buiten de inkomstenbelasting valt.
Het ministerie van Financiën verdedigt het besluit door te wijzen op de noodzaak om belastinginkomsten te verhogen en het belastingstelsel eerlijker te maken. Ze benadrukken dat veel werknemers met een laag inkomen recht hebben op belastingaftrekken, waardoor de uiteindelijke belastingdruk beperkt kan blijven.
Ondertussen blijft de discussie voortduren. Met name in een tijd waarin de kosten van levensonderhoud stijgen, vragen critici zich af of deze maatregel wel in lijn is met de sociale doelstellingen van de regering. Of er nog wijzigingen komen in de belastingdrempels, zal afhangen van verdere politieke onderhandelingen.