MADRID – Temidden van de coronavirus-crisis en de noodtoestand in Spanje werd op zondag bekend dat de koning van Spanje Felipe IV maatregelen heeft genomen rondom de smeergeldaffaire van zijn vader, de voormalige koning Juan Carlos. Zijn zoon en huidige koning heeft drastische beslissingen moeten nemen om, zoals men in Spanje schrijft, het koningshuis te redden van een nieuw schandaal waar hij zelf ook bij betrokken is.
Felipe IV ziet af van de toekomstige erfenis van zijn vader Juan Carlos. Op deze manier geeft Felipe aan dat hij het geld, waarvan dus nu tijdens de affaire niet zeker is waar het fortuin vandaan komt, niet aanneemt. Daarnaast heeft Felipe de jaarlijkse toelage van zo’n 200.000 euro die zijn vader ontvangt stopgezet.
Sommige Spaanse kranten schrijven dat Felipe op deze manier in feite elke relatie met zijn vader verbreekt maar zover wil het nog niet komen. Wat wel zeker is, is het feit dat Felipe afstand wil nemen van zijn 82-jarige vader die verwikkeld is in een onderzoek van Zwitserse aanklagers vanwege een bankrekening met vele miljoenen die door Juan Carlos wordt beheerd.
Het verhaal gaat dat de voormalige koning Juan Carlos in 2008 van de toenmalige Saoedische koning Abdullah 88 miljoen euro heeft gekregen. De reden daarvoor is onbekend maar enkele jaren later werd door de Spaanse spoorwegmaatschappij de AVE hogesnelheidstrein naar Mekka aangelegd. Dat was een miljardencontract.
In een uitgebreid schrijven staat onder andere dat Felipe niets afwist van het feit dat hij als erfgenaam staat vermeld van de fondsen van de Fundación Zagatka dat gelinkt is met de Fundación Lucum.
In het schrijven staat ook dat koning Felipe in maart 2019 een brief ontving van het Britse advocatenkantoor Kobre & Kim waarin hij werd ingelicht over zijn status als begunstigde van de fondsen van Fundación Lucum bij het overlijden van de Koning Juan Carlos.
Het toeval wil dat het bovengenoemde advocatenkantoor de juridische en public relations-zaken van Corinna Larssen behandelde, de vermeende minnares van Juan Carlos. Zij werd onderzocht omdat ze 65 miljoen had ontvangen van de eerder genoemde stichting dat die volgens haarzelf een donatie was van koning Juan Carlos.