De Spaanse minister van Arbeid, Yolanda Díaz, heeft een akkoord bereikt met de vakbonden CCOO en UGT om het interprofessioneel minimumloon (SMI) met 4,4% te verhogen. Dit betekent een stijging van 50 euro, waardoor het SMI in 2025 uitkomt op 1184 euro per maand, verdeeld over veertien betalingen. Deze verhoging wordt met terugwerkende kracht toegepast vanaf 1 januari.
Minister Díaz benadrukte het belang van sociaal overleg in Spanje en prees het akkoord als een positieve stap voor het land. Ze kondigde aan dat de verhoging binnenkort door de Ministerraad zal worden goedgekeurd.
Hoewel de werkgeversorganisatie CEOE het akkoord niet heeft ondertekend, waardeerde de minister hun bijdragen tijdens de onderhandelingen. Ze benadrukte dat sociaal overleg de sleutel is tot het brengen van goed nieuws voor Spanje en dat dit akkoord een stap voorwaarts is voor het land.
De verhoging van het SMI is bedoeld om het koopkrachtverlies van werknemers te compenseren en ervoor te zorgen dat het minimumloon ten minste de inflatie weerspiegelt. In de afgelopen elf maanden bedroeg de inflatie gemiddeld 2,6%. Met deze maatregel streeft de regering ernaar het SMI te verhogen tot 60% van het gemiddelde loon in Spanje, zoals aanbevolen door het Comité voor Sociale Rechten van de Raad van Europa.
In 2024 werd het minimumloon of in het Spaans ‘salario mínimo inteprofesional’ (SMI) met 5% verhoogd naar € 1134, wat toen 54 euro per maand meer was. Terwijl tussen 2009 en 2016 het minimumsalaris gedurende zeven jaar was ‘bevroren’ en dit in 2017 minimaal omhoog ging, moesten werknemers tot 2018 wachten waarna het minimumloon echt werd verhoogd. Van 2018 tot en met 2024 zijn ongeveer 2,5 miljoen werknemers er 400 euro bruto per maand op vooruit gegaan, een stijging van 54%.
Het is belangrijk op te merken dat hoewel de verhoging van het SMI positieve effecten heeft voor werknemers met lage lonen, er ook zorgen zijn over de mogelijke impact op bedrijven, vooral kleine en middelgrote ondernemingen. Het evenwicht tussen het verbeteren van de lonen en het waarborgen van de duurzaamheid van bedrijven blijft een belangrijk aandachtspunt in het sociaal overleg.