MADRID – Het Spaanse Ministerie van Inclusie, Sociale veiligheid en Migratie publiceerde in oktober de resultaten van een studie van de pensioenen in Spanje. De cijfers schetsen een beeld van de gemiddelde pensioenkost, de verschillen met vorig jaar en het perspectief op het toekomstige systeem. Het gemiddelde Spaanse pensioen ligt op 1.193,81 euro bruto per maand.
Het onderzoeksbureau vond uit dat de kosten voor Spaanse pensioenen 3% gestegen zijn in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar. Op dit moment gaat het om een totaalbedrag van 10,2 miljard euro. Wanneer men naar het hele jaar kijkt, beslaat de pensioenkost 12% van het Bruto Binnenlands Product.
De gemiddelde uitkering in Spanje ligt op 1037,48 euro bruto, een cijfer dat bekomen werd door ook naar de uitkeringen voor mindervaliden, de weduwen en wezen te kijken. Dat betekent dat het gemiddelde met 2,11% gestegen is ten opzichte van vorig jaar.
Het gemiddelde pensioen in Spanje ligt daarentegen op 1.193,81 euro bruto, wat 2,2% meer dan vorig jaar was. Voor werknemers in het gewone werkveld (fabrieksarbeiders, privé sector) gaat het pensioen tot 1.338,84 euro bruto per maand. Voor de zelfstandigen ligt het voor sommigen slechts op 795,14 euro bruto.
Ter vergelijking. In Nederland ligt het gemiddeld pensioen voor een vrouw op 1.422 euro. Voor een alleenstaande man gaat het om 1.692 euro. De pensioenen liggen dus beduidend hoger dan in Spanje. Wanneer men naar de verschillende soorten Spaanse pensioenen kijkt, zijn ook grote verschillen waar te nemen. Het gemiddeld pensioen voor permanente mindervaliditeit ligt op 994,16 euro per maand. Het gemiddelde pensioen voor weduwschap ligt op 741,93 euro en voor wezen ligt het op 418,11 euro.
In de eerste negen maanden van Spanje zijn er 445.085 pensioengerechtigden bij gekomen in Spanje, terwijl er 330.557 afvielen.