ALICANTE – Het kleine dorpje Almudaina in de provincie Alicante kent al vijftig jaar dezelfde burgemeester. Ondertussen veranderde zijn partij een paar keer van naam, maar vandaag de dag is het nog steeds José Luis Seguí die er de sjerp draagt. Een kort portret van de langstzittende burgemeester van Spanje.
Terwijl partijvoorzitter Pablo Casado deze week nog de handdoek in de ring gooide na het schandaal rond zijn partijgenote Isabel Diaz Ayuso, viert een ander lid van de Partido Popular, José Luis Seguí, een halve eeuw als burgemeester van Almudaina. Almudaina is een klein dorpje in de provincie Alicante (autonome regio Valencia), dat aan de voet van de gelijknamige Sierra de Almudaina ligt. Alles bij elkaar heeft het officieel slechts 117 inwoners.
50 jaar geleden, op 13 februari 1972 accepteerde José Luis Seguí de burgemeesterstaf over het kleine dorpje. Dat gebeurde middels een ceremonie op het oude stadhuis, vlak naast de kerk van Almudaina. Nooit had de man toen durven raden dat hij een halve eeuw later nog steeds dezelfde post zou bekleden.
In een interview vertelde Luis Seguí dat hij aanvankelijk zelfs geen flauw benul had van het stadsbestuur en de openbare middelen. Van de vorige burgemeester ontving hij de gemeentekas: 17.000 pesetas (ongeveer gelijk aan 100 Euro). Een paar dagen later klopte echter de loodgieter al aan met een rekening van 14.000 pesetas (84 Euro) voor de installatie van de watertellers. Zo begon José Luis Seguí meteen met een bijna lege schatkist.
Maar terwijl de jaren verstreken, bleef de man de ene na de andere verkiezing winnen, tot hij voor het dorp een gevestigde waarde werd. Ondertussen is José Luis Seguí 80 jaar. Hij heeft voor zijn functie als burgemeester nooit een publiek loon ontvangen. Wel verdient hij zijn brood als landbouwer. Als er zich in de volgende verkiezingen van 2023 een andere kandidaat aandient, draagt de burgemeester met plezier zijn functie over. Zoniet boezemt een extra mandaat hem evenmin angst in.