MADRID – Op maandag 21 maart treedt de nieuwe verkeerswet in werking in Spanje. Dat betekent dat er diverse wijzigingen zijn die direct gevolgen hebben op het puntensysteem van de Spaanse rijbewijzen en boetes die gegeven kunnen worden. Zo wordt het bellen tijdens het autorijden zwaarder bestraft, net zoals het zonder helm of autogordel rijden en komen er nieuwe snelheidsbeperkingen in met name de steden.
Het invoeren van de nieuwe verkeerswet van de Spaanse verkeersdienst DGT verliep niet geheel vlekkeloos. In feite had deze wet op 1 januari 2021 al moeten ingaan maar de corona-pandemie en het verschil in meningen zorgden voor vertragingen die nu opgelost zijn. Een overzicht van de belangrijkste wijzigingen die vanaf maandag 21 maart 2022 ingaan.
Het gebruik van de mobiele telefoon achter het stuur en dus tijdens het rijden als je deze met één hand vasthoudt wordt zwaarder bestraft met het verlies van 6 rijbewijspunten in plaats van de nu nog geldende 3 strafpunten. Heeft de automobilist de mobiele telefoon niet in de hand tijdens het rijden, dan kost dat 3 strafpunten. Verder geldt vanaf nu een boete van 200 euro.
Het gebruik van radarverklikkers wordt ook zwaarder bestraft met niet alleen een boete van 500 euro maar ook 3 punten verlies op je rijbewijs. Daarbij maakt het niets uit of deze systemen aan of uit staan. Voorheen werd er alleen beboet als deze verklikkers aan stonden.
Het niet gebruiken van de veiligheidsgordel of autogordel en in het geval van motors en scooters de verplichte helm en in het geval van kinderen in een auto de kinderveiligheidssysteem zoals de kinderzitjes, levert een verlies op van 4 punten in plaats van 3 en wordt ook beboet met 200 euro.
Het uit de auto gooien van dingen die de verkeersveiligheid in gevaar brengen en/of brandgevaarlijk zijn en dus natuur- en bosbranden kunnen veroorzaken zoals peuken wordt strenger bestraft met de inhouding van 6 punten in plaats van 4 punten op het rijbewijs. Het levert ook een boete op van 500 euro.
Fietsers en scooterrijders moeten vanaf nu met een grotere afstand ingehaald worden waarbij de automobilist van weghelft moet veranderen in plaats van de 1,5 meter afstand bewaren. Breng je als automobilist de fietser in gevaar dan kan dat 4 tot 6 rijbewijspunten kosten. Het is tevens verboden te parkeren of stil te staan op fietspaden.
Parkeren op invalideplaatsen terwijl je dat niet mag levert 3 punten minder op je rijbewijs en daarnaast een flinke boete (en de auto wordt waarschijnlijk weggesleept wat ook niet goedkoop is).
Voertuigen voor persoonlijke mobiliteit zoals elektrische scooters of elektrische voertuigen met een of meer wielen uitgerust met een stoel/zitje krijgen ook strengere regels. Deze voertuigen mogen maximaal 25 km/uur rijden en het is niet toegestaan op het trottoir, in voetgangersgebieden, interstedelijke wegen, autosnelwegen, snelwegen en stadstunnels te rijden. Verder moet men een helm dragen.
Minderjarigen die rondrijden in voertuigen voor persoonlijke mobiliteit zoals elektrische scooters, op de fiets of die in het bezit zijn van het AM bromfietsrijbewijs mogen niet rijden met een alcoholpromillage hoger dan 0 gram of milligram of met enige verdovende middelen.
Een van de meest controversiële en problematische maatregel was de 20 km/uur regel bij het inhalen. In de 20 km/uur regel stond dat je op conventionele wegen je iemand mag inhalen met een snelheid van 20 km/uur meer dan het voertuig dat je inhaalt. Dat zorgde voor zoveel problemen dat de Spaanse verkeersdienst DGT deze regel geschrapt heeft.