INTRO: Elke week plaatsen we aan de hand van de tips en informatie van de ‘Typisch Spanje’ auteur Frieda Kleinjan een reis door Spanje maar dan op een andere manier. Dat doet de schrijfster door middel van bekende en minder bekende boeken en romans om zo de link tussen het reizen, de cultuur en literatuur te maken tijdens de wekelijkse ‘literaire reisgids van Spanje’, een must voor de lezers die aan ‘literair toerisme’ willen doen. Via de links in het artikel zijn de boeken meteen te bestellen om zo al aan jouw literaire reis door Spanje te beginnen.
Je zou literair toerisme kunnen omschrijven als een soort cultureel toerisme dat zich heeft ontwikkeld op plekken die verband houden met gebeurtenissen in fictieve teksten. Met andere woorden: het is een nieuw soort cultureel toerisme dat fictie verbindt met de echte wereld.
In de voetsporen van…
Zin om zomaar ergens naartoe te gaan? Laat je dan meevoeren door de jonge reiziger uit het verhaal Alcarria van Camilo José Cela. Of mijmer met Manuel Vilas over zijn geboorteplaats Barbasto, waar zich talrijke reizen ontvouwen uit zijn kindertijd. Met als gids ‘De gele regen’ van Julio Llamazares ontdek je het dorpje Ainielle in de Aragonese Pyreneeën en de gevolgen van de leegloop van het Spaanse platteland. Dat is ook waar Sergio del Molino in ‘Het godvergeten Spanje’ op intrigerende wijze over schrijft. Maar wie de fictieve avonturen wil beleven van Don Quichot en Sancho Panza, moet beslist de Quichote-routes afleggen. Dat kan te voet, per fiets of per auto. Verken je liever het fictieve Vetusta van Leopoldo Clarín? Maak dan een wandeling aan de hand van La Regenta in het Oviedo van vandaag.
Miguel de Cervantes: ‘De vernuftigde edelman Don Quichot van La Mancha’
Er is nagenoeg geen enkele literatuurliefhebber die niet van De vernuftige edelman Don Quichot van La Mancha heeft gehoord, het meesterwerk van Miguel de Cervantes (1547-1616). Gezeten op zijn strijdros Rossinant zwerft hij samen met zijn schildknaap Sancho Panza over wegen en platteland om te strijden tegen onrecht. In Spanje zijn er Don Quichote-routes uitgezet van in totaal zo’n 2.500 kilometer. Zo kan de reiziger de fictieve avonturen beleven van de dolende ridder op de plekken waar ze zich afspeelden. Te voet, met de fiets of per auto kun je tegen windmolens vechten of El Toboso leren kennen, waar meer dan vier eeuwen geleden de wonderschone Dulcinea woonde.
Plekken die je niet mag missen:
Argamasilla de Alba, in de provincie Ciudad Real, waar Cervantes volgens velen aan zijn lijvige werk is begonnen, opgesloten in een grot, de Cueva de Medrano, vanwege beschuldigingen van malversaties in zijn functie van belastinginner. De grot is tot Historisch-Artistiek Monument uitgeroepen en te bezoeken vanuit het Casa de Medrano. Tot de 18e eeuw is gedacht dat Argamasilla de Alba de plek was in la Mancha waarvan Don Quijote zich de naam niet wilde herinneren, zoals hij in de eerste zin van zijn boek beweert, maar vier eeuwen nadat Cervantes Don Quichot schreef is wetenschappelijk bewezen dat het Villanueva de los Infantes is.
El Toboso, in de provincie Toledo, staat geheel in het teken van de vernuftige edelman. Hier zou in een Manchego boerderij zijn ingebeelde geliefde Dulcinea hebben gewoond. Nu is daarin het Museo-Casa de Dulcinea del Toboso gevestigd. In het Museo Cervantino vind je talloze uitgaven van de Don Quichot, na de Bijbel het meest gelezen en vertaalde boek ter wereld. Om een hommage te brengen aan Dulcinea, die in het werk zelf niet voorkomt, is het Museo del Humor Gráfico Dulcinea opgericht, waar een collectie tekeningen is te zien van Spaanse en buitenlandse karikaturisten.
Het in de provincie Ciudad Real gelegen stadje Campo de Criptana verwierf faam door de windmolens waar de Ridder van de droevige figuur, zoals zijn schildknaap Sancho Panza Don Quichot hem noemde, tegen vocht.Die waren vanwege de aanhoudende droogte nog maar net in de plaats gekomen van watermolens. Een van de beroemdste passages in het boek is die waarin Don Quichot de windmolens aanziet voor reuzen. Rond Campo de Criptana kom je er tien tegen.
Bij het plaatsje Ossa de Montiel, in de provincie Albacete, ligt een van de belangrijkste merengebieden van Spanje: Parque Natural Lagunas de Ruidera. Naast meren bestaat het park uit grotten en de ruïnes van het Castillo de Rochafrida, die een belangrijke rol hebben gespeeld in de avonturen van Don Quichot. In Cervantes’ boek vormen de Lagunas de Ruidera een groep van vijftien kleine mensen die met elkaar verbonden zijn.
KLIK HIER om dit boek te reserveren. Miguel de Cervantes, De vernuftige edelman Don Quichot van La Mancha, uitgeverij Atheneum-Polak & van Gennep, twee delen, vertaling Barber van de Pol.
Leopoldo Clarín: ‘La Regenta’
De schrijver, journalist Leopoldo Alas (1852-1901), pseudoniem Clarín, is vooral beroemd geworden door zijn naturalistische roman La Regenta, die wordt beschouwd als een van de belangrijkste werken uit de Spaanse literatuur van de 19e eeuw en vaak wordt vergeleken met Madame Bovary van Flaubert.
La Regenta speelt zich af in de verzonnen stad Vetusta dat overduidelijk Oviedo is. Na de uit twee delen bestaande publicatie in Barcelona, tussen 1884 en 1885, ontstond er in Oviedo meteen een groot schandaal door de overeenkomsten met hoofdstad van Asturië met zijn kleinburgerlijke moraal. De plekken waar de tafrelen plaatsvonden waren zo herkenbaar dat het niet anders kon dan dat Claríns inspiratiebron Oviedo was geweest.
De roman vertelt het verhaal van Ana Ozores, de echtgenote van de Regent van Vetusta, Victor Quintanar. Hierdoor wordt ze La Regenta genoemd. Ana is een jonge, mooie vrouw die opgesloten zit in een verstandshuwelijk met de veel oudere Don Victor, bij wie ze zich in hoge mate verveelt. Hierdoor raakt zij verzeild in romantische en andersoortige relaties. Bij de jonge vrouw worden verschillende gevoelens opgeroepen: van passie tot religiositeit, van lijden tot twijfel.
Nieuwsgierig geworden naar het Vetusta van Clarín? Maak een wandeling aan de hand van La Regenta en loop langs de plekken waar de fictieve geschiedenis zich heeft afgespeeld.
Een van de belangrijkste locaties in de roman is de Kathedraal waar Ana haar toevlucht zocht om haar angsten en dromen op te biechten aan haar geestelijk leider, Fermín de Pas, en waar in de kille seizoenen de dames uit de hogere kringen een wandeling maken zonder nat te worden. Zoals Clarín de kathedraal beschrijft kan het niet anders dan die in Oviedo zijn. Het is de enige domkerk in de omgeving met slechts één toren en een dambord vloer. Ertegenover, op het Plaza de la Catedral, staat een bronzen beeld van La Regenta, als eerbetoon aan het beroemde personage en het werk in het algemeen van de grote schrijver Leopolde Alas ‘Clarín’.
Van daaruit kun je het Casino bezoeken waar Ana Ozores haar eerste dansfeest had. Het zou gevestigd zijn in een van de barokke paleizen, dat niet alleen faam verwierf door de bals, maar waar Ana ook publieke minachting opwekte doordat de inwoners van Vetusta haar door een van de ramen boetedoening konden zien doen voor haar zonde. Na de Burgeroorlog is er veel veranderd in die wijk.
De kerk San Isidro zou precies overeenkomen met de prachtige Barokke kerk San Isidoro, op het Plaza del Ayuntamiento, dat in het boek een andere naam heeft. Daar in de buurt was de “winkelstraat”, de huidige La Magdalena, waar de tantes van La Regenta woonden. Aan het eind van de 19e eeuw werd het steeds stiller in die buurt. En toen in de 20e eeuw de beroemde calle Uría werd gecreëerd, werd dat het belangrijkste winkelgebied van de stad.
El Fontán, ofwel Mercado del Pan, broodmarkt, zoals Clarín het omdoopte, is een verplichte pleisterplek voor iedere Oviedo bezoeker. Het terrein moest worden drooggelegd omdat het er niet meer veilig en hygiënisch was. Nu is het een van de meest pittoreske plaatsen die er in Vetusta te vinden is, vol restaurants, kruidenierszaken, kledingzaken, ciderhuizen…
Het Museo de Bellas Artes bevindt zich in de oude paleizen in Oviedo, het Palacio de Velarde en het Casa de Solís-Carbajar, tussen de straten Rúa en Santa Ana, waar het echtpaar Regente zou hebben gewoond. Vanaf 1980 is het een museum met meer van 15.000 werken, waarvan 800 doorlopend worden tentoongesteld. Daaronder bevinden zich schilderijen van Tiziano, Berruguete, Goya en van Asturiaanse kunstenaars als Carreño Miranda.
In Vetusta wandelde La Regenta ’s zomers vaak met haar parasol door het fraaie Parque de San Francisco waar ze de meest opvallende figuren uit haar milieu tegenkwam, zoals de Magistraat van de Kathedraal, Álvaro Mesía – haar geliefde – de vrienden van haar man en de hogere en burgerlijke klassen, onder wie zij veel jaloezie wekte.
Waar La Regenta vandaan kwam? Niet uit Oviedo, zegt de schrijver, daar ging ze pas heen na de dood van haar ouders om bij haar tantes te wonen, waar ze bleef tot ze in het huwelijk trad met de Regent van Vetusta. Haar geboorteplek zou een dorp zijn geweest aan een riviermond, zoals Pravia of Castropol.
Zonder de plot te verklappen: Ana blijft alleen achter, bezwijmt in de donkere kathedraal van de kleine provinciestad.
KLIK HIER om dit boek te bestellen. La Regenta, Leopoldo Alas, Nederlandse uitgave alleen tweedehands.
‘Typisch Spanje’
Het boek ‘Typisch Spanje rondgang door een eigenzinnig land’ geschreven en samengesteld door Frieda Kleinjan, is een bundel met fascinerende verhalen over uiteenlopende onderwerpen: architectuur, beeldende kunst, literatuur, sport, film, natuur, muziek, tradities… Al die verschillende cultuuruitingen vormen de identiteit van Spanje, leggen de ziel ervan bloot, tonen het land in al haar schakeringen. Voor elke Spanjeliefhebber valt er iets nieuws te ontdekken. KLIK HIER om dit boek te bestellen.