In 2022 stond de Valencia regio, met 5.007 gerapporteerde gevallen, op de tweede plaats in de rangschikking van autonome regio’s met de meeste slachtoffers van gendergeweld. Het stond achter Andalusië dat 7.417 gevallen telde, en werd gevolgd door Madrid met 3.062 gevallen, zo blijkt uit de cijfers die op woensdag door het Spaanse Statistiekbureau (INE) werden vrijgegeven.
In 2022 zag Spanje een stijging van 8,3% in het aantal slachtoffers van gendergeweld in vergelijking met het jaar ervoor. In totaal waren er 32.644 vrouwen die een beschermingsmaatregel of een bevel tot bescherming ontvingen vanwege de mishandelingen die ze hebben geleden door hun huidige of vorige partners.
Deze telling omvat alle vormen van fysiek of psychisch geweld, inclusief aantasting van seksuele vrijheid, bedreigingen, intimidatie of onrechtmatige vrijheidsontneming. Het betreft geweld uitgevoerd door een man tegenover een vrouw die zijn huidige of voormalige partner is.
In 2022 hadden ook 1.376 minderjarigen te lijden onder deze afschuwelijke kwestie, zoals blijkt uit de statistieken over huiselijk en gendergerelateerd geweld, opgesteld door het INE. Deze statistieken zijn gebaseerd op data afkomstig uit het Centraal Register voor de Bescherming van Slachtoffers van Huiselijk en Gendergerelateerd Geweld, dat valt onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van Justitie.
Andalusië (7.417), Valencia (5.007) en Madrid (3.062) waren de autonome regio’s in Spanje met de meeste vrouwelijke slachtoffers van gendergerelateerd geweld. Ondanks dit, werden de hoogste ratio’s van gendergeweld per 1.000 vrouwen van 13 jaar en ouder vastgesteld in Melilla (3,7), La Rioja (2,6) en de Balearen (2,3).
Aan de andere kant, in het afgelopen jaar werden er in totaal 33.209 mannen aangeklaagd wegens gendergeweld, en werd er een beschermingsbevel of voorlopige maatregelen tegen hen genomen. Dit is een toename van 10,5% vergeleken met 2021. Van deze mannen was 63% in Spanje geboren.