In 2021 had 25% van de Spanjaarden moeite om rond te komen. Hun uitgaven waren hoger dan hun inkomsten. Dit was iets minder dan in 2016, toen 28% van de Spanjaarden in deze situatie verkeerde. De daling was het grootst onder jongeren onder de 34 jaar en werklozen.
Volgens een rapport van de Centrale Spaanse Bank is het percentage personen dat in huishoudens woont waarvan de uitgaven de inkomsten overtreffen, hoger bij personen met minder middelen, zoals personen met een opleidingsniveau lager dan middelbaar onderwijs, werklozen, personen die in huishoudens wonen met een inkomen van minder dan 15.000 euro of personen die in huishoudens wonen die niet eigenaar zijn van hun hoofdverblijf.
Personen die niet in Spanje zijn geboren, hebben vaker moeite om hun uitgaven te financieren wanneer deze de inkomsten overtreffen. Dit geldt ook voor vrouwen. Het percentage personen dat in huishoudens woont waarvan de uitgaven de inkomsten overtreffen, varieert weinig met de leeftijd, maar is iets hoger onder personen van 45 tot 54 jaar.
De meest voorkomende manier om uitgaven te financieren die hoger zijn dan de inkomsten, is met spaargeld. Dit geldt voor meer dan de helft van de huishoudens in deze situatie. De tweede meest voorkomende manier is informele leningen, zoals leningen van vrienden of familie. Dit is een optie voor ongeveer een derde van de huishoudens.
Er zijn aanzienlijke verschillen tussen de autonome regio’s van Spanje in het percentage huishoudens met uitgaven die hoger zijn dan de inkomsten. In de regio’s Asturië, Castilië en León, Galicië, Navarra en Baskenland is dit percentage aanzienlijk lager dan het nationale gemiddelde van 25%. In Andalusië, Catalonië en Murcia is het percentage juist aanzienlijk hoger.
Deze verschillen kunnen worden verklaard door een aantal factoren, zoals de economische situatie van de regio, de demografische samenstelling en de levensstijl. Zo zijn de regio’s Asturië, Castilië en León, Galicië, Navarra en Baskenland over het algemeen minder welvarend dan Andalusië, Catalonië en Murcia. In deze regio’s is het ook vaker gebruikelijk om een traditionele levensstijl te hebben, met minder uitgaven aan consumptiegoederen en diensten.
Het is belangrijk om rekening te houden met deze factoren bij het vergelijken van de gegevens tussen de autonome regio’s. Zo kan het zijn dat het percentage huishoudens met uitgaven die hoger zijn dan de inkomsten in een regio lager is, omdat de regio over het algemeen minder welvarend is, en niet omdat de inwoners beter met hun geld omgaan.