Lange wachttijden voor afspraken in de Spaanse gezondheidszorg

Lange wachttijden voor afspraken in de Spaanse gezondheidszorg
beeld: via canva.com
Let op: Dit bericht is meer dan zes maanden oud. Informatie hierin kan verouderd zijn.

De wachttijden voor afspraken in de Spaanse gezondheidszorg blijven lang, zo blijkt uit de jongste gezondheidsenquête van de Spaanse overheid. Slechts 21% van de Spanjaarden krijgt dezelfde dag nog een afspraak met een huisarts. De gemiddelde wachttijd bedraagt nu 9,48 dagen, een dag langer dan in juli.

De enquête toont aan dat 70% van de ondervraagden meer dan een dag moest wachten tussen het moment dat ze een afspraak vroegen en het moment dat ze effectief gezien werden door hun huisarts. 27,2% van hen moest zelfs meer dan 11 dagen wachten. Toch is 80,9% van de patiënten over het algemeen tevreden over de zorg die ze kregen van hun huisarts.

Ze waarderen vooral het vertrouwen en de geruststelling die het verplegend personeel en artsen uitstralen. Het aspect waar ze het minst tevreden over zijn, is de tijd die artsen kunnen besteden aan elke patiënt.

Ook voor een afspraak met een specialist in de publieke gezondheidszorg moeten patiënten vaak lang wachten. 42,1% van de ondervraagden zegt dat ze 1 tot 3 maanden moesten wachten tussen hun afspraak bij de huisarts en hun afspraak bij de specialist. 34,7% moest zelfs meer dan 3 maanden wachten. Toch is 83,5% van de patiënten over het algemeen wel tevreden over de zorg die ze krijgen van hun specialist. Net als bij de huisarts waarderen ze vooral het vertrouwen in en de informatie van de artsen.

Slechts 43% vindt dat er een goede communicatie en coördinatie is tussen de eerstelijnszorg (huisartsen) en de tweedelijnszorg (specialisten en ziekenhuizen). 28,6% oordeelt dat de coördinatie “redelijk” is, 23,5% vindt ze ronduit slecht.

Wat de wachttijden bij de ‘urgencias’ of eerstelijnszorg betreft, vindt 44,8% van de ondervraagden dat de situatie ongewijzigd is gebleven het voorbije jaar. 29,7% vindt zelfs dat ze verslechterd is. Toch zegt 53,3% van de patiënten dat de problemen in de eerstelijnszorg hen niet of nauwelijks raken. 21,6% geeft dan weer aan dat ze er wel degelijk onder lijden.

De meeste patiënten zijn het erover eens dat er meer middelen en personeel nodig zijn om de situatie te verbeteren. Concreet vragen ze dat patiënten een vaste huisarts kunnen behouden, dat er meer artsen en verplegers komen en dat er meer geld naar de gezondheidszorg gaat.