De Spaanse regering klaagt rechter aan voor rechterlijke dwaling

De Spaanse regering klaagt rechter aan voor rechtelijke dwaling
beeld: via canva.com

De Spaanse politieke arena is in rep en roer na een opmerkelijke wending in de zaak rond Begoña Gómez, de echtgenote van de huidige premier Pedro Sánchez. In een ongekende stap heeft de regering een aanklacht ingediend tegen rechter Juan Carlos Peinado, die het onderzoek leidt naar vermeende belangenverstrengeling en corruptie door Gómez. Dat gebeurde op de dag dat de Spaanse premier als getuige in zijn ambtswoning Moncloa gehoord werd. Sánchez koos er echter voor om geen antwoord te geven.

De zaak die de Spaanse politiek op zijn grondvesten doet schudden, vindt zijn oorsprong in beschuldigingen van belangenverstrengeling en corruptie gericht tegen Begoña Gómez, de echtgenote van de Spaanse premier Pedro Sánchez. Rechter Juan Carlos Peinado, verbonden aan de rechtbank nummer 41 in Madrid, werd aangesteld om deze gevoelige kwestie te onderzoeken, na een klacht van een pseudovakbond gelinkt aan extreemrechts en gebaseerd op krantenknipsels e bevestigd fake news. De manier waarop de rechter dit onderzoek heeft aangepakt, heeft geleid tot een ongekende reactie van de Spaanse regering.

De kern van de controverse ligt in de beslissing van rechter Peinado om een breed en, volgens critici, vaag gedefinieerd onderzoek te openen naar de activiteiten van Gómez. Dit onderzoek, dat zich richt op vermeende beïnvloeding en zakelijke corruptie, heeft geleid tot een reeks juridische stappen die de regering als onrechtvaardig en ongefundeerd beschouwt.

De situatie escaleerde toen de rechter besloot premier Sánchez te dagvaarden voor een getuigenverhoor. Deze stap werd door de regering gezien als een directe aanval op de integriteit en de positie van de premier, wat uiteindelijk leidde tot de beslissing om een aanklacht in te dienen tegen de rechter zelf.

De aanklacht tegen rechter Peinado beschuldigt hem van rechtelijke dwaling, wat betekent dat hij opzettelijk verkeerde beslissingen heeft genomen. Het gaat specifiek over de brede aanpak van het onderzoek tegen Gómez, die volgens de regering ongerechtvaardigd en schadelijk is voor hun reputatie.

Daarnaast worden verschillende besluiten van de rechter als onrechtvaardig bestempeld. Een belangrijk punt van kritiek is de manier waarop de getuigenis van premier Sánchez is behandeld. De regering stelt dat de rechter de premier heeft beroofd van de wettelijke garanties die hem toekomen volgens de Spaanse strafvordering, een wet die teruggaat tot 1882.

De aanklacht tegen rechter Peinado heeft een golf van reacties losgemaakt in het Spaanse politieke landschap. Politieke partijen aan beide zijden hebben zich uitgesproken over deze ongekende stap van de regering-Sánchez.

De oppositiepartijen, met name de conservatieve Partido Popular (PP) en de extreemrechtse Vox, hebben de actie van de regering scherp veroordeeld. Zij zien de aanklacht als een directe aanval op de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en beschuldigen premier Sánchez ervan zijn positie te misbruiken om persoonlijke belangen te beschermen.

Aan de andere kant hebben partijen die de PSOE-regering steunen, zoals Sumar en regionale partijen uit Catalonië en Baskenland, de actie verdedigd als een noodzakelijke stap om de integriteit van het democratische proces te waarborgen. Zij argumenteren dat rechter Peinado zijn bevoegdheden heeft overschreden en dat de regering het recht heeft zich hiertegen te verdedigen.

Deze uiteenlopende reacties weerspiegelen de diepe politieke verdeeldheid in Spanje en zetten de toon voor wat waarschijnlijk een langdurig en bitter politiek debat zal worden.