GRANADA – Het dorp Polopos is dankzij het RTL4-programma plots wereldbekend geworden in Nederland maar het is niet het mooiste voorbeeld van de typische bergdorpjes in dit deel van de provincie Granada. Daarom stellen wij voor, als je dan toch naar Polopos rijdt, om ook deze andere dorpen te bezoeken tijdens onze Polopos-Alpujarras-Lecrín-autorondreis.
‘Het Spaanse dorp: Polopos’ heeft ervoor gezorgd dat het dorp Polopos aan de Costa Granadina in de provincie Granada plotseling erg bekend is geworden. Ongetwijfeld zal in dit rustige bergdorpje hetzelfde gaan gebeuren als in het Italiaanse Ollolai waar horden Nederlandse toeristen het bekende dorp bezoeken op Sardinië. Of de ‘Poloperos’ (zoals de inwoners van dit dorp heten) er blij mee zullen zijn is nog maar af te wachten.
Maar naast Polopos is er natuurlijk veel meer te zien in dit deel van Granada en laten we eerlijk zijn, Polopos is weliswaar een van de duizenden typische dorpen die in Spanje te vinden zijn maar het mooiste dorp is het niet. Maar als je dan toch Polopos wilt bekijken, doe dit dan in combinatie met de andere leuke dorpen en kustplaatsen in de omgeving.
Mogelijkheden
We gaan er van uit dat je met het vliegtuig aankomt in Málaga en daar een auto huurt om rond te gaan rijden. Rechtstreeks van Málaga naar Polopos is over de A-7 autoweg 144 km rijden wat volgens Google Maps 1 uur en 39 minuten is.
Je kunt er echter ook voor kiezen om de langzame route te rijden die grotendeels over de N-340 richting Polopos gaat. Deze route is 159 km lang maar duurt volgens Google Maps 3 uur en 14 minuten.
Er zijn dus twee routes: snel (fast-drive) en langzaam (slow-drive) die je van Málaga naar Polopos brengen. Het ligt eraan wat jij wilt, zo snel mogelijk naar het tv-dorpje rijden of langzaam en al genietend van alles wat je langs de route tegenkomt bekijken.
Houdt er rekening mee dat het geen eendaagse route is die we hier beschrijven en het dus noodzakelijk is om ergens te overnachten. Mocht je deze route met de camper rijden dan is er niets aan de hand en kun je overnachten waar je wilt maar als je hotels of B&B’s moet zoeken zul je toch even van te voren moeten plannen.
In totaal is de route die we hieronder beschrijven en op de kaart aangeven bijna 425 km lang en zal dit met alle tussenstops en bezoeken aan de dorpen vele uren in beslag nemen.
Gemakshalve omschrijven wij hier de snelle route van Málaga naar Polopos om daarna de tijd te hebben om de omgeving van het tv-dorpje te ontdekken zoals de beroemde Las Alpujarras regio en de Lecrin vallei (Valle de Lecrín).
Dat kan uiteraard gecombineerd worden met een bezoek aan Granada (met het beroemde Alhambra) of in de wintermaanden een bezoek aan het skigebied van de Sierra Nevada waar zomers ook gewandeld kan worden. En dan niet te vergeten de kustplaatsen aan de Costa Tropical (Granada) en een deel van de Costa del Sol (Málaga).
Route naar Polopos
Je vertrekt vanaf Málaga vliegveld om de A-7 te nemen richting Granada en Almería waarbij je langs de Costa del Sol en Costa Tropical komt. Na dik een uur te hebben gereden dien je afslag 359 te nemen richting La Mamola en Castillo de Baños. Je vervolgt dan de N-340 weg naar de eerste rotonde waar een bord al de route naar Polopos aangeeft waarna je verder de borden kunt volgen.
Als je eenmaal onder de N-340 bent doorgereden is het nog 10 km naar Polopos rijden. Het eerste deel over de GR-6204 is niet echt interessant is maar naarmate men hoger komt hoe meer uitzicht je hebt (al moet je wel rekening houden met veel plastic kassen) en hoe groener het wordt.
Na 10 km sta je dan in Polopos, een wit bergdorpje net zoals veel andere bergdorpjes in Spanje. Maak een wandeling door het dorp, ga op een terrasje zitten en zoek naar de plaatsen en huizen die in het tv-programma te zien zijn.
Na je bezoek aan Polopos kun je de weg vervolgen over de GR-6204 en de A-4131 richting de stad Orgiva in de Las Alpujarras. Het is een bochtige bergweg van ongeveer 25 km wat zo’n 45 min tijd zal kosten. Maar in plaats van linksaf te slaan naar Orgiva vervolg je de GR-5204 om naar Torvizcón te rijden. Daar sla je af de A-4130 op die je verder de bergen in zal brengen richting Almegíjar (18 km) naar de bestemming Treveléz.
Trevélez
Vanuit Almegíjar is het zo’n 30 minuten rijden naar Trevélez wat ongeveer 18 km is over de A-4132. Het wit gekleurde stadje is gelegen op 1.476 meter hoogte en men zegt dat dit de hoogst gelegen stad van Spanje is. Aangezien dit dorp beschouwd wordt als de beste producent in de Alpujarras van DOP Jamón Serrano kom je hier dan ook vee ham- en souvenirwinkels tegen.
Vanuit Trevélez moet je dezelfde A-4132 blijven vervolgen om de berg weer naar beneden te rijden naar het mooi gelegen dorp Busquistar om van daaruit naar Portugos en Pitres te rijden. In totaal is dit zo’n 25 km en 15 km rijden.
Pitres
Het dorp Pitres kenmerkt zich ten eerste door de witte huizen (net zoals de andere dorpen) en de Moorse invloeden die terug te vinden zijn in de kerktoren die bovenop een oude moskee werd gebouwd. Het dorp staat ook bekend om de handgemaakte tegels die o.a. te koop zijn in diverse winkeltjes.
Pampaneira
Vanuit Pitres is het slechts enkele minuten rijden naar wellicht wel het bekendste dorp van de Las Alpujarras regio, Pampaneira. Samen met de andere twee dichtbij gelegen dorpen Bubión en Capileira zijn het de drie meest pittoreske witte dorpen van de regio. Pampaneira is het meest toeristische dorp en dat merk je al snel als je aankomt bij de witgekleurde huizen en de grote parkeerplaats.
Loop van daaruit het levendige hoofdplein op en je ziet veel souvenirwinkels waar o.a. de bekende mooie handgemaakt tapijten te koop zijn. Maak een wandeling door de straatjes met open goten waar mooie doorijkijes te vinden zijn.
Na je bezoek aan Pampaneira kun je doorrijden naar Bubión en Capileira maar let op, dit is een doodlopende weg dus je moet dezelfde route van enkele km terug rijden. Beiden zijn leuke kleine dorpen om te verdwalen in de smalle straatjes waarbij er met name in Capileira diverse uitkijkpunten zijn met adembenemende uitzichten.
Órgiva
Vanuit Pampaneira vervolg je gedurende 25 minuten en 15 km de route over de A-4132 naar de grotere stad Órgiva. Dit is het dorp met de meeste inwoners van de regio en tevens de hoofdstad van het westelijke deel van de Las Alpujarras. Het is mogelijk om hier rond te lopen al is er naast de hoofdweg en de kerk uit de 16e eeuw niet heel veel te zien (al is het mooi wandelen in de natuur/bergen).
Lanjarón
Vanuit Órgiva neem je de A-348 naar het dorp Lanjarón. Deze naam moet je zeker wel eens gezien hebben want het is bekend vanwege het mineraalwater. Daarnaast heeft Lanjarón ook thermische bronnen waardoor er de mogelijkheid is om aan wellness te doen. Lanjarón staat ook bekend om de op een na beste ham van de Las Alpujarras, de Jamón de Lanjarón.
Lecrín vallei
Vanuit Lanjarón vervolg je de A-348 om te eindigen bij Béznar dat gelegen is in de Valle de Lecrín ofwel de Lecrín vallei. Béznar ligt strategisch en mooi aan het gelijknamige stuwmeer.
Sinaasappel-en citroenbomen, wijnranken, velden vol met allerlei gewassen en boomgaarden met olijf-en amandelbomen maken deel uit van het altijd groene landschap van deze vruchtbare vallei. Dat is te danken aan de Sierra Nevada en de besneeuwde bergtoppen waardoor er in het voorjaar een overvloed aan water is.
De acht belangrijkste dorpen van de vallei zijn Albuñuelas, Dúrcal, Padul, El Pinar, El Valle, Lecrín, Nigüeles en Villamena, maar er zijn in totaal 17 dorpen en steden in de regio, als je ook gehuchten zoals Restábal, Béznar, Cónchar of Salares meetelt.
Het is mogelijk een rondje te rijden in de Lecrín vallei door vanuit Béznar over de N-323a naar Lecrín te rijden en daar de GR-3204 te vervolgen naar Chite, Melegís, El Valle en Pinos del Valle. Door deze route te nemen rijdt je een rondje om het stuwmeer Embalse de Béznar.
Vanuit het dorp Pinos del Valle kun je nu twee kanten op, door het dorp naar beneden rijden om via een weg weer uit te komen in Béznar of de GR-3204 vervolgen richting de kust om 36 km en 40 minuten later uit te komen in de grote kustplaats Salobreña, gelegen aan de Costa Tropical. Wij hebben voor deze laatste optie gekozen om de grote A-4 autoweg (die overigens spectaculair is met de viaducten en de uitzichten) te vermijden.
Costa Tropical
Eenmaal in Salobreña aangekomen ben je aan de Costa Tropical. Vanuit hier kun je enkele km verder naar Motril gaan of de andere kant op (richting Málaga) naar de grootste en bekendste kustplaats van deze kust, Almuñecar en het ernaast gelegen populaire La Herradura.
Als je tijd over hebt kun je vanuit Almuñecar naar Nerja rijden waarbij een stop in Nerja zeker de moeite waard is. Vanuit Nerja kun je dan naar een van de mooiste (en zeer toeristische) witte dorpen Frigiliana rijden. Overigens ben je dan belandt aan de Costa del Sol in de provincie Málaga en heb je de provincie Granada verlaten.
Vanuit Frigiliana en Nerja kun je via Torrox-Costa of Torrox naar Málaga terug rijden. Vanuit Nerja is het over de A-7 autoweg 1 uur en 52 minuten rijden naar het vliegveld van Málaga. Je kunt ook de slow-drive route nemen die over de kustweg N-340 gaat en uiteraard meer tijd in beslag zal nemen.
Mocht je helemaal tijd over hebben dan is het mogelijk om voordat je naar Málaga terug rijdt ook nog de Axarquia streek te bezoeken en dorpen als Competa, Sayalonga, Algarrobo, Sedella en Canilla de Aceituna aan te doen.