SEVILLA – Net zoals de AP-7 tussen Tarragona en Alicante wordt ook de AP-4 tussen Sevilla en Cádiz tolvrij op 1 januari 2020. Daarmee komt een einde aan 50 jaar tol op een belangrijke snelweg die voor de beheerders zeer winstgevend was, aldus de Minister van Ontwikkelingszaken.
Meer dan 10 miljoen weggebruikers per jaar hoeven vanaf 1 januari 2020 geen tol meer te betalen om gebruik te maken van de AP-4 tussen Sevilla en Cádiz. Deze 93 km lange snelweg wordt ook wel de ‘Autopista del Sur’ genoemd en begint in de buurt van Dos Hermanas (Sevilla) en eindigt in de buurt van Puerto Real (Cádiz).
De beheerders contracten voor de AP-4 werden gedurende 26 jaar non-stop door zowel de PSOE als de PP regeringen verlengd. In 1969 ten tijde van de Franco dictatuur kreeg het bedrijf Aumar (nu eigendom van Abertis) het recht om voor 24 jaar tot 1993 deze tolweg te beheren. In 1977 werd door de regering van Adolfo Suarez (UCD) besloten het beheer tot aan 1999 te verlengen maar in 1986 werd dit nogmaals verlengd tot 2006 door Felipe Gonzalez (PSOE).
Dankzij de sociale druk wist men te voorkomen dat de PSOE regering in 1995 opnieuw het beheer zou verlengen maar twee jaar later wist de regering van José Maria Aznar (PP) alsnog een verlenging te geven tot 31 december 2019. In mei 2005 werd een overeenkomst gesloten tussen de Junta de Andalucía en de beheerder om de tol tussen Jerez de la Frontera en Cádiz vrij te geven, iets wat de regionale autoriteiten 72 miljoen euro kostte.
Volgens de huidige demissionaire minister van Ontwikkelingszaken was de AP-4 een zeer winstgevende snelweg voor de beheerders. De kosten op jaarbasis worden geschat op 5,4 miljoen euro maar het afgelopen jaar wist de beheerder van de AP-4 maar liefst 60 miljoen euro te verdienen, ‘un buen negocio’ zo omschrijft minister José Luis Ábalos dit.
Volgens de minister zullen de gebruikers van de AP-4 tolweg vanaf 1 januari minstens 80 miljoen euro besparen voor het gebruik van deze drukke snelweg. Het rijden in Andalusië wordt vanaf volgend jaar plots 45% goedkoper aldus de minister.