MADRID – Het homohuwelijk is een huwelijk tussen twee personen van hetzelfde geslacht. Oorspronkelijk was het burgerlijk huwelijk in Spanje formeel slechts mogelijk tussen twee personen van verschillend geslacht maar dat veranderde op 1 juli 2005 met de wet ‘Ley española del matrimonio igualitario’. De afgelopen 15 jaar hebben er 55.000 homohuwelijken plaatsgevonden. Spanje was wereldwijd het derde land, na Nederland en België, waar het homohuwelijk gelegaliseerd werd.
De toenmalige Spaanse premier José Luis Rodríguez Zapatero bracht op 21 april 2005 de homohuwelijkswet voor het eerst naar het Congres. De senaat stemde tegen, maar een tweede stemming van het Congres op 30 juni 2005 herriep die beslissing en keurde de wet met 187 tegen 147 stemmen goed, ondanks protest van vooral de conservatieve Partido Popular (PP) en de Katholieke Kerk in Spanje.
Hoewel de weerstand van de PP sterk afzwakte, blijft de Katholieke Kerk het homohuwelijk afkeuren. De wet was echter een mijlpaal voor homorechten in Spanje, dat homoseksualiteit van 1954 tot 1979 verbood. Op 1 juli kreeg de wet rechtskracht en op 11 juli 2005 trouwde in Spanje het eerste homokoppel in Tres Cantos in de provincie Madrid.
In het Spaans heeft het homohuwelijk verschillende namen zoals ‘matrimonio entre personas del mismo sexo’, ‘matrimonio homosexual’, ‘matrimonio igualitario’ en ‘matrimonio gay’.
Landen
Nederland legaliseerde in 2001 als eerste land ter wereld het homohuwelijk, in 2003 volgde België. Sindsdien is het homohuwelijk erkend door achtereenvolgens Spanje in 2005, Canada in 2005, Zuid-Afrika in 2006, Noorwegen in 2009, Zweden in 2009, Portugal in 2010, IJsland in 2010, Argentinië in 2010, Denemarken (later ook Groenland en de Faeröer) tussen 2012 en 2017, Brazilië in 2013, Frankrijk in 2013, Uruguay in 2013, Nieuw-Zeeland in 2013, Luxemburg in 2015, de Verenigde Staten tussen 2004 en 2015, Ierland in 2015, Colombia in 2016, Finland in 2017, Malta in 2017, Duitsland in 2017, Australië in 2017 en Oostenrijk in 2019.