Veel lezers spreken, schrijven en begrijpen het Spaans waarschijnlijk al maar er zullen ongetwijfeld ook veel lezers zijn die de Spaanse taal nog niet zo goed of helemaal niet onder de knie hebben. Daarom behandelen we in samenwerking met Supergoed Spaans Leren elke dag een Spaans woord, gezegde of zin en geven daarbij de juiste uitspraak. Doe je ook mee!
Deze ‘palabras españolas’ ofwel Spaanse woorden zijn gebaseerd op het castellano (uitspraak: kastejano – castiliaans), het zogenaamde algemeen beschaafd Spaans. Het komt erg vaak voor dat een Spaans woord diverse betekenissen heeft of in andere hoedanigheid gebruikt kan worden.
Jouw taalbegeleidster is Cintha van Marrewijk en zij leert iedereen snel en makkelijk Spaans via www.supergoedspaansleren.nl
Donderdag 29 oktober
El jueves 29 de octubre 2020
uitspraak: el gwebes beentinwebe de oktoebre dosmielbeente
Tijdens de LIVE Les vorige week vroeg een cursist. Wanneer gebruik je nou HAY of ESTÁ
Leuke vraag en meestal hebben meerdere mensen dan die vraag, dus hierbij het antwoord.
Hay gebruik je alleen in het algemeen: Er is / Er zijn of Is er / Zijn er en je zegt aai
- Hay un supermercado aqui? – Is er een supermarkt hier?
- Hoy no hay pan – Vandaag is er geen brood
ESTÁ is een vervoeging van het werkwoord ESTAR – zijn en die gebruik je bij plaats en tijdelijk zoals je humeur.
- ¿Dónde está el supermercado? – uitspraak: donde esta el soepermerkado – Waar is de supermarkt?
- Estoy en la cocina – uitspraak: estoi en la kociena (slissende c) – ik ben in de keuken.
- Estoy feliz – uitspraak: estoi feliez (slissende z) – Ik ben blij / gelukkig.