In Madrid mogen veel straatmuzikanten niet meer op straat spelen. De gemeente heeft het aantal vergunningen flink verlaagd. Daardoor zijn 180 muzikanten hun toestemming kwijt om op straat muziek te maken. Dat is volgens veel inwoners van de Spaanse hoofdstad slecht nieuws voor de muzikanten én voor de sfeer in de stad.
Eerst waren er in Madrid ongeveer 450 vergunningen voor straatmuziek. Nu zijn dat er nog maar 270. Dat betekent dat bijna de helft van de muzikanten niet meer mag optreden. Ze mogen dus niet meer op de aangewezen plekken en tijden muziek maken.
De gemeente zegt dat er veel klachten zijn van mensen die in de buurt wonen of winkelen. Ze vinden het soms te druk of te luid. Daarom denkt de gemeente dat minder muzikanten op straat beter is. Ze willen ook de kwaliteit van de muziek beter controleren.
Toch zijn veel muzikanten en culturele groepen boos over deze beslissing. Zij vinden straatmuziek juist belangrijk voor de stad. Het maakt Madrid levendig en gezellig. Ook zijn veel muzikanten afhankelijk van het geld dat ze verdienen op straat. Zonder vergunning mogen ze niet spelen, en als ze het toch doen, kunnen ze een boete krijgen.
Voor veel muzikanten is de situatie nu onzeker. Ze hebben soms al jaren op straat gespeeld. Het is hun werk, maar ook hun passie. Nu dat niet meer mag, weten ze niet goed wat ze moeten doen. Ze vragen zich af of de stad hun muziek nog wel belangrijk vindt.
Ook in andere grote steden, zoals Barcelona, zijn er discussies over straatmuzikanten. Gemeenten proberen een goede balans te vinden tussen plezier op straat en rust voor bewoners. Maar dat is niet altijd makkelijk.
De straatmuzikanten in Madrid hopen dat de gemeente haar besluit nog wil veranderen. Ze willen graag blijven spelen en hun muziek met anderen delen. De komende tijd zal duidelijk worden wat er gaat gebeuren met straatmuziek in Madrid.