CEUTA – Toen Marokko op 17 Mei na een geschil met Spanje over de Westelijke Sahara voor twee dagen de grens met de Spaanse enclave Ceuta opende, slaagden honderden immigranten er in Ceuta binnen te komen. De stad Ceuta biedt nog steeds onderdak aan 1.100 minderjarigen die op die dag arriveerden. Het proces om hen met hun familie te herenigen, verloopt erg moeizaam.
Tanger ligt op 72 kilometer van het Marokkaanse Fnideq. Een van de jongeren in Ceuta wandelde die afstand in 18 uur om aan te komen voor de grens opnieuw sloot. “Ik wandelde zonder ophouden uit angst dat ik te laat zou zijn.” Verklaart de jongeman.
Tussen 17 en 19 Mei kwam hij samen met nog 10.000 personen Ceuta te voet binnen. Sindsdien is de stad druk bezig met het terugbrengen of uitwijzen van die migranten. De moeilijkheid is dat voor het terugsturen van een minderjarige zowel de minderjarige zelf als zijn ouders zich akkoord dienen te verklaren met de hereniging.
Sinds de grens weer gesloten is, werden er slechts 12 familieherenigingen voltooid. Het ging bovendien allemaal om een hereniging met familieleden die op het Spaanse vasteland wonen, niet in Marokko.
Hasán, een jongen van dertien jaar, vertelt dat zijn ouders hem ontmoedigen terug te keren. Volgens hen is er voor hem geen toekomst in Marokko, en geen manier om te studeren. Zijn moeder weigert dan ook in te stemmen met zijn terugkeer.
In Maart 2020 beslisten Marokko en Spanje samen hun grenzen te sluiten, als reactie op de corona-pandemie. Het is dat decreet dat het nu moeilijk maakt om de jongeren terug naar huis te sturen. Hun ouders kunnen hen simpelweg niet oppikken in Ceuta, zo lang Marokko de grensovergang van Tarajal gesloten houdt. Op dit moment zouden de kinderen aan de grenswachters moeten worden afgestaan, om dan op een ontmoetingspunt in Marokko met hun ouders te worden herenigd. Het probleem is dat op die manier Spanje zich niet kan verzekeren dat de overdracht effectief juist verloopt.
De Marokkaanse regering verwijt het trage verloop aan de “moeilijke procedures van enkele Europese landen”, die het ingewikkeld maken voor jongeren en adolescenten om naar hun land van herkomst te worden teruggebracht.
“Het is de Marokkaanse koning die mij van mijn ouders gescheiden heeft”, zegt Omar, één van de jongeren. “Je kan niet leven zonder dokters, noch onderwijs of werk.” “Nu zie je me lachen”, zegt hij. “Maar ’s nachts in bed ween ik omdat ik bij mijn ouders wil zijn. Maar wij willen een toekomst, wij willen een leven net als jullie in Spanje.”