Voor veel ouderen klinkt het ideaal: samen met vrienden of gelijkgestemden wonen, ieder met een eigen appartement, maar wel met veel gedeelde ruimtes en activiteiten. Dat gold ook voor de 73-jarige Isabel uit Madrid. Lange tijd dacht ze dat het onbereikbaar was, tot ze een project vond in Tres Cantos. Inmiddels woont ze er met zo’n vijftig andere senioren, in een gemeenschap waar contact, veiligheid en onderlinge steun centraal staan.
Deze woonvorm heet cohousing, een combinatie van zelfstandig wonen en een gedeelde leefomgeving. Bewoners hebben hun eigen appartement, maar delen bijvoorbeeld tuinen, eetruimtes, werkplaatsen en sociale activiteiten. Sommige projecten bieden ook gezamenlijke diensten of vormen van lichte zorg, waardoor bewoners langer zelfstandig kunnen blijven.
In Spanje bestaan momenteel naar schatting veertig tot honderd cohousingprojecten. Niet alleen gerealiseerde gebouwen, maar ook plannen en groepen die nog in oprichting zijn. Toch blijft het een zeldzame optie, want er zijn allerlei hindernissen die het moeilijk maken om cohousing breder toegankelijk te maken.
De grootste drempel is het geld. Veel projecten vragen een forse investering van 150.000 tot 200.000 euro, plus maandelijkse bijdragen voor de gemeenschappelijke kosten. Voor veel senioren is dat simpelweg niet haalbaar, hoe graag ze ook anders willen wonen. Daarnaast verschillen de regels per regio, wat zorgt voor verwarring en vertraging tijdens de ontwikkeling van nieuwe projecten.
Ondanks die uitdagingen zien steeds meer ouderen cohousing als een aantrekkelijk alternatief. Het biedt sociale verbinding, zelfstandigheid en een gevoel van veiligheid, zonder de anonimiteit van een gewone flat of de sfeer van een traditioneel verzorgingshuis. Voor wie samen ouder wil worden, blijft het een interessant, maar helaas nog beperkt bereikbaar model.


Español
English
Deutsch
Français
Português
Italiano