Volgens recente gegevens van Eurostat, het Europese bureau voor statistiek, woont 13,2% van de Spaanse bevolking in huishoudens die achterlopen met het betalen van hun hypotheek, huur of essentiële rekeningen zoals elektriciteit, water en gas. Dit percentage is hoger dan in veel andere Europese landen, waaronder Duitsland (5,8%), Frankrijk (10,2%), Italië (6,2%) en Portugal (6,1%), en ligt ook boven het gemiddelde van de Europese Unie, dat 9,2% bedraagt. Voor België geldt een percentage van 4,2% en voor Nederland 2,9%.
Deze cijfers zijn afkomstig uit de nieuwste editie van het rapport Wonen in Europa dat jaarlijks door Eurostat wordt gepubliceerd. Het rapport geeft een overzicht van de ontwikkelingen tussen 2010 en 2022. In 2020, het jaar dat sterk werd beïnvloed door de pandemie, steeg het percentage Spanjaarden dat in een huishouden met betalingsachterstanden woonde naar 13,5%, een aanzienlijke stijging vergeleken met 8,1% in 2019. In 2021 bereikte dit percentage zelfs 14,3%, terwijl het EU-gemiddelde 8,9% was.
Opvallend is dat in 2022 het percentage mensen met betalingsachterstanden hoger was dan in 2010, toen de economie stagneerde en de werkloosheid meer dan 20% bedroeg aan het einde van het vierde kwartaal. Hoewel de Europese Centrale Bank de rentetarieven tussen 2009 en 2011 laag hield, stegen deze in 2022 aanzienlijk. Bovendien is het percentage variabele hypotheken aanzienlijk lager dan een decennium geleden, en is het aantal wanbetalingen gedaald.
De situatie in Spanje is opmerkelijk, aangezien Eurostat aangeeft dat slechts vijf landen in 2022 slechter presteerden dan in 2010, waaronder Spanje. De Spaanse economie werd hard getroffen door de pandemie, vooral vanwege de afhankelijkheid van toerisme en dienstverlening. Hoewel er een sterke economische opleving was, volgden al snel een energie- en inflatiecrisis en de gevolgen van de oorlog in Oekraïne. De inflatie bedroeg gemiddeld 8,4% in het afgelopen jaar, wat de koopkracht van huishoudens aantastte, ondanks de buitengewone maatregelen die door de regering werden genomen.
Eurostat gebruikt ook andere indicatoren om de betaalbaarheid van woningen te beoordelen. Een daarvan is de overbelasting van de woonkosten, die aangeeft welk deel van de bevolking in een huishouden woont waar de totale woonkosten meer dan 40% van het beschikbare inkomen bedragen. In 2021 leefde 10,6% van de stedelijke bevolking in de EU in dergelijke omstandigheden, tegenover 6,6% in landelijke gebieden. In Spanje was dit 11% voor stedelijke gebieden en 4,7% voor landelijke gebieden.
Tot slot laat het rapport zien dat de huurprijzen in de EU tussen 2010 en 2022 gestaag zijn gestegen, met een totale toename van 18% over de gehele periode. In Spanje stegen de huurprijzen sneller dan het EU-gemiddelde tot 2020, waarna de stijging in de rest van de EU intensiever werd.