Het Spaanse Senado (senaat of Eerste Kamer) heeft recentelijk een wetsvoorstel verworpen dat snelle juridische procedures mogelijk zou maken voor het uitzetten van ‘okupas’ – personen die illegaal woningen bezetten. Dit besluit betekent dat de voorgestelde wet terugkeert naar het Congreso de los Diputados (huis van afgevaardigden of Tweede Kamer) dat de mogelijkheid heeft het veto op te heffen.
Het wetsvoorstel, bekend als de Ley de Eficiencia de la Justicia, was eerder op 14 november goedgekeurd door het Congreso de los Diputados. Het bevatte bepalingen om juridische processen te versnellen in gevallen van woningbezetting en stelde voor om de zogenaamde ‘golden visa’ af te schaffen. Deze visa verleenden verblijfsvergunningen aan buitenlanders die meer dan 500.000 euro investeerden in onroerend goed in Spanje.
Een cruciaal onderdeel van het voorstel was de wijziging van artikel 795.1 van de Ley de Enjuiciamiento Criminal, waardoor delicten zoals huisvredebreuk en usurpatie van eigendom via versnelde procedures behandeld zouden worden. Dit zou eigenaren in staat stellen hun woningen sneller terug te krijgen. De maatregel kreeg steun van partijen zoals de Partido Popular (PP), Junts, ERC, UPN, Coalición Canaria en per abuis ook van EH Bildu. De regeringspartijen PSOE en Sumar stemden tegen, terwijl Vox zich onthield van stemming.
Het veto van het Senado, waar de PP een absolute meerderheid heeft, betekent een aanzienlijke vertraging in de implementatie van deze maatregelen. De wet keert nu terug naar het Congreso dat het veto kan opheffen met een absolute meerderheid. Dit proces kan echter leiden tot vertragingen, waardoor de verwachte inwerkingtreding van de wet, oorspronkelijk gepland voor eind februari 2025, mogelijk wordt uitgesteld tot medio 2025.
De voorgestelde wetgeving had tot doel het juridische proces te versnellen in gevallen van illegale woningbezetting. Volgens de huidige procedures kunnen uitzettingen maanden of zelfs jaren duren, wat eigenaren in een kwetsbare positie plaatst. De nieuwe wet zou hebben toegestaan dat dergelijke zaken via snelle rechtszaken worden afgehandeld, met een maximale termijn van 15 dagen voor het vaststellen van de rechtszitting en drie dagen voor het uitspreken van het vonnis.
Het onderscheid tussen huisvredebreuk en usurpatie is essentieel in deze context. Huisvredebreuk betreft het binnendringen van een primaire of secundaire woning en wordt beschouwd als een ernstig misdrijf volgens artikel 202 van het Spaanse Wetboek van Strafrecht. In dergelijke gevallen kan de politie onmiddellijk optreden, vooral als de bezetting minder dan 48 uur heeft geduurd.
Usurpatie daarentegen betreft het bezetten van eigendommen die niet als hoofd- of tweede woning dienen en valt onder artikel 245 van het Wetboek van Strafrecht. Dit wordt als een minder ernstig delict beschouwd, waarbij de politie niet direct kan ingrijpen en juridische procedures noodzakelijk zijn.
Het veto heeft geleid tot gemengde reacties. Veel eigenaren die te maken hebben met ‘okupas’ hadden gehoopt op een snellere juridische afhandeling en voelen zich nu teleurgesteld. Aan de andere kant hebben sommige sociale groepen kritiek geuit op de voorgestelde wet, omdat deze volgens hen onvoldoende rekening houdt met de kwetsbare situatie van bepaalde individuen die geen toegang hebben tot betaalbare huisvesting.
De discussie over hoe om te gaan met illegale woningbezetting blijft een complex en gevoelig onderwerp in Spanje. Het recente besluit van het Senado benadrukt de uitdagingen bij het vinden van een evenwicht tussen de rechten van eigenaren en de behoeften van kwetsbare bevolkingsgroepen. De komende maanden zullen cruciaal zijn om te zien hoe het Congreso de los Diputados reageert op het veto en welke stappen worden ondernomen om een oplossing te vinden die recht doet aan alle betrokken partijen.