De Spaanse badplaats Marbella aan de Costa del Sol in de provincie Málaga staat al jaren bekend om haar luxueuze vastgoed. De sector blijft het erg goed doen en een groot deel van de duurste woningen van het land staan nog steeds daar, zoals een villa van 36 miljoen euro.
In de Calle Mozart in Marbella hangen overal camera’s. Het is er brandschoon, ook al zie je zelfs geen afvalbakken op straat. Hier zijn weinig voetgangers te zien. Ook is er nauwelijks verkeer. Je ziet er enkel dure wagens of de vele beveiliging wagens van Prosegur. De handvol villa’s in deze straat behoort tot het duurste vastgoed van Spanje, met een gemiddelde prijs van bijna 8 miljoen euro.
In deze straat, vlakbij het huis van tennisspeler Novak Djokovic, lopen beveiligingsagenten die mensen behoeden voor het nemen van foto’s op straat. Een bordje waarschuwt voor “gewapende beveiliging”. Deze straat is publiek toegankelijk, maar iedereen die binnenkomt, is een mogelijke verdachte.
Van de tien duurste Spaanse straten liggen er maar liefst vijf in Marbella. Zes van de tien duurste woningen van Spanje liggen ook hier, allemaal rond de 30 miljoen euro. Volgens de sector liggen deze woningen de laatste tijd goed in de markt. De vraag is zelfs groter dan het aanbod: het gaat goed met de verkoop van luxe woningen.
De superrijken houden immers nog steeds van Marbella. Het goede klimaat, de ligging vlak bij de luchthaven van Málaga, de levenskwaliteit, de toprestaurants en de internationale scholen.
De luxe woningen zijn omgeven door palmbomen. Binnen in hun domeinen liggen zwembaden, kleine bosjes, standbeelden en tennispleinen. Dit zijn huizen met gemakkelijk tien kamers. Binnenin heerst een luxe waar veel mensen zich nauwelijks iets kunnen voorstellen. Wie al eens in Marbella komt, kan van ver een kijkje gaan nemen. Alleen wel opletten dat je je niet te verdacht gedraagt.