Veel lezers spreken, schrijven en begrijpen het Spaans waarschijnlijk al maar er zullen ongetwijfeld ook veel lezers zijn die de Spaanse taal nog niet zo goed of helemaal niet onder de knie hebben. Daarom behandelen we in samenwerking met Supergoed Spaans Leren elke dag een Spaans woord, gezegde of zin en geven daarbij de juiste uitspraak. Doe je ook mee!
Deze ‘palabras españolas’ ofwel Spaanse woorden zijn gebaseerd op het castellano (uitspraak: kastejano – castiliaans), het zogenaamde algemeen beschaafd Spaans. Het komt erg vaak voor dat een Spaans woord diverse betekenissen heeft of in andere hoedanigheid gebruikt kan worden.
Jouw taalbegeleidster is Cintha van Marrewijk en zij leert iedereen snel en makkelijk Spaans via www.supergoedspaansleren.nl
Maandag 8 februari 2021
El lunes 8 de febrero de 2021
uitspraak: el loenes otjo de febrero de dosmielbeentioeno
Antwoord op de oefening van vrijdag:
Oefening: Maak een zin met elk onderstaand woord
- ¿Qué? – wat?
- ¿Quién? – Wie?
- ¿Quiénes? – Wie? (meervoud)
- ¿Cuál? – Wat, welke?
- ¿Cuáles? – Wat, welke? (meervoud)
- ¿Dónde? – Waar?
- ¿A dónde? – Waarheen?
- ¿Cómo? Hoe?
- ¿Por qué? – Waarom?
- ¿Cuándo? – Wanneer?
- ¿Qué pasa? – Wat is er aan de hand?
- ¿De quién es este coche? – Van wie is deze auto?
- ¿Quiénes son estas personas? – Wie zijn deze mensen/personen?
- ¿Cuál es tu nombre? – Wat is jouw naam?
- ¿Dónde está la iglesia? – Waar is de kerk?
- ¿A dónde vas? – Waar ga je naar toe?
- ¿Cómo te llamas? – Hoe heet jij?
- ¿Por qué vas a la farmacia? – Waarom ga je naar de apotheek?
- ¿Cuándo vas de vacaciones? – Wanneer ga je op vakantie?