MADRID – De Chinese wagens zijn bezig aan een opmars in Spanje. Ze veroveren een steeds groter deel van de markt, en laten zo ook minder ruimte voor Spaanse of Europese merken. China is nu al de vierde grootste importeur van wagens in Spanje.
Het ging al niet goed met de Europese markt. De pandemie en de daaropvolgende crisis in de sector van de chips, liet de Europese autobouwers met de handen in het haar achter. Terwijl zij schreeuwen om verandering loert de reus China om de hoek. Het land vergrootte zijn productie en voert ook naar Spanje twintig keer zo veel voertuigen uit dan voor de pandemie.
Volgens de cijfers kocht Spanje in 2022 voor bijna 1,4 miljard euro wagens aan in China. Dat is een gigantische groei van maar liefst 1.905% in vergelijking met de 68 miljoen euro in 2021. En Spanje is representatief voor wat er op wereldschaal gebeurt. Chinese wagens zijn nu al goed voor 7,3% van het mondiale aandeel.
Bekende Chinese merken als MG of Lynk and CO zijn op een paar jaar tijd veel zichtbaarder in het Spaanse straatbeeld. MG, met hoofdkwartier in het Verenigd Koninkrijk, maar in Chinese handen, verkocht vorig jaar 6.901 wagens in Spanje. Lynk and Co, zusterbedrijf van Volvo, was goed voor 2.824 auto’s. Andere Chinese merken als Aiways of Maxus groeien iets trager. BYD, de wagenbouwer die Tesla bedreigt op de mondiale markt voor elektrische wagens, verkocht vorig jaar voorlopig slechts 25 wagens in Spanje.
Ook Japan voerde vorig jaar veel meer wagens in Spanje. Merken als Toyota of het Koreaanse Kia en Hyundai hebben Seat, Volkswagen en Peugeot van hun troon gestoten. Het aandeel van Japan groeide met 23% en dat van Korea 28%.