In talloze Spaanse dorpen – en steeds vaker ook in steden – staan bij deuren, op straathoeken en soms zelfs midden op de stoep grote flessen of kruiken met water. Het valt veel mensen op, maar weinigen weten waarom ze daar precies neergezet worden.
Het neerzetten van gevulde waterflessen bij deuren is een oude gewoonte om honden en katten te ontmoedigen daar hun behoefte te doen. Men denkt dat het zonlicht dat door het water schittert, de dieren afschrikt.
Vroeger strooiden bewoners vaak poeders zoals zwavel of natriumcarbonaat rond hun huis om dieren weg te houden. Dat mag tegenwoordig niet meer, omdat het schadelijk kan zijn voor mens, dier en milieu. Daarom kiezen veel mensen nu voor de waterflesmethode.
Volgens deskundigen is er geen wetenschappelijk bewijs dat het echt werkt. Honden gebruiken vooral hun reukvermogen om te bepalen waar ze hun behoefte doen, niet hun ogen. Toch lijkt het in de praktijk vaak effect te hebben, misschien omdat dieren even worden afgeleid.
In sommige steden zetten bewoners de flessen neer zodat mensen met honden plasplekken meteen kunnen wegspoelen. Zo blijft de straat frisser en voorkom je nare geurtjes. In veel gemeenten is het zelfs verplicht dat hondeneigenaren een eigen flesje water bij zich hebben om schoon te maken.
Het gebruik van waterflessen is geen nieuwe hype, maar een oude gewoonte die vanuit dorpen haar weg naar steden vond. Of het nu door het licht in het water komt of simpelweg door traditie, veel Spanjaarden blijven het doen. Deze simpele flessen houden stoepen schoner én geven straten een herkenbaar, typisch Spaans tintje.