Volgens de Spaanse krant AS is Spanje hard op weg om een van de belangrijkste schakels te worden in de energietoekomst van Europa. Niet Marokko en niet Rusland, maar Spanje zelf zou dankzij een nieuw “groen corridor”-project een groot deel van het continent kunnen voorzien van duurzame energie.
Het project draait om een gigantisch netwerk voor de productie en het transport van groene waterstof, die wordt opgewekt uit hernieuwbare energiebronnen zoals wind en zon. Via een pijpleiding – de zogenaamde H2Med – zou Spanje waterstof kunnen exporteren naar Frankrijk, Duitsland en andere Europese landen. Daarmee kan het land tot wel tien procent van de verwachte waterstofbehoefte van de EU in 2030 dekken.
Spanje profiteert van zijn gunstige ligging, veel zonuren en een snelgroeiende infrastructuur voor hernieuwbare energie. Hierdoor kan het land fungeren als brug tussen de groene energieproductie in Zuid-Europa en de industriële vraag in het noorden. De waterstof die in Spanje wordt geproduceerd, zou Europa minder afhankelijk maken van gas en olie uit Rusland of Noord-Afrika.
Toch is het plan niet zonder uitdagingen. De aanleg van pijpleidingen, opslagfaciliteiten en conversiestations vereist miljardeninvesteringen. Daarnaast zijn er nog veel technische obstakels: waterstoftransport is complex, en de Europese regelgeving moet nog beter op elkaar worden afgestemd.
Ondanks die hobbels ziet Brussel Spanje als een voorbeeldland in de groene transitie. Europese fondsen en grote bedrijven zoals Repsol, Cepsa en Iberdrola investeren massaal in waterstofprojecten. Als alles volgens plan verloopt, kan Spanje binnen vijf jaar uitgroeien tot de motor achter een nieuw, duurzaam energiesysteem voor heel Europa.