De nieuwe afvalbelasting, de zogenaamde tasa de basuras, zorgt in Spanje voor grote verschillen tussen gemeenten. Uit een recente analyse blijkt dat inwoners van Valencia, Tarragona en Girona het meest betalen: gemiddeld meer dan 200 euro per jaar. In Valencia loopt het bedrag zelfs op tot ongeveer 287 euro per huishouden.
In Girona en Tarragona liggen de tarieven iets lager, maar nog altijd boven de 230 euro per jaar. Dat staat in schril contrast met provincies als Toledo, Palencia en León, waar gezinnen minder dan 65 euro betalen. Het verschil tussen de duurste en goedkoopste gemeenten kan dus oplopen tot ruim 220 euro per jaar.
Deze grote verschillen komen doordat er geen landelijke regels zijn voor het vaststellen van de afvalbelasting. Elke gemeente mag zelf bepalen hoe ze de belasting berekent. Sommige doen dat op basis van waterverbruik, andere via de waarde van de woning of een vast tarief per inwoner.
De studie baseert zich op een gemiddeld huishouden met een woning van 75 vierkante meter, een kadastrale waarde van ruim 64.000 euro en een jaarlijks waterverbruik van 128 liter per persoon. Volgens die berekening produceert een tweepersoonshuishouden jaarlijks bijna 1.000 kilo afval.
De ongelijkheid in tarieven zorgt voor veel discussie. Veel inwoners vinden het oneerlijk dat ze zoveel meer moeten betalen dan in andere regio’s. Milieuorganisaties en consumentenverenigingen vragen de overheid om een eerlijker en transparanter systeem, met richtlijnen die voor heel Spanje gelden.
Voorlopig blijft de tasa de basuras echter sterk afhankelijk van waar je woont. En dat betekent dat de rekening voor afval in sommige delen van Spanje meer dan vier keer zo hoog is als elders.
