HUESCA – Omdat de gletsjer van de Monte Perdido berg in het gelijknamige Natuurpark Ordesa y Monte Perdido in de Pyreneeën van de provincie Huesca vanwege de klimaatverandering aan het smelten is, ontdekken bergwandelaars en de politie steeds meer vreemde dingen. Een van die dingen zijn botresten van wandelaars die jaren geleden als vermist werden opgegeven, zoals de 44-jarige Duitser die 16 jaar geleden in 2006 voor het laatst werd gezien.
Het gebeurt vaker dat in de bergen botten gevonden worden die later niet van dieren maar van mensen blijken te zijn. Na onderzoek kan men daarna vaak achterhalen van wie deze botten zijn waarbij het regelmatig gaat om personen die jaren geleden als vermist werden opgegeven en nooit zijn gevonden.
Maar nu de klimaatverandering de gletsjer op de Monte Perdido berg in Huesca laat smelten, worden er ook mensenresten gevonden. In dit geval van een 44-jarige Duitse bergwandelaar met de achternaam Kulosa die in 2006 spoorloos verdween op de Monte Perdido berg. De Duitser kon toen nog zelf de Guardia Civil bellen met de mededeling dat hij zich middenin een storm bevond. Daarna was hij spoorloos en kon de politie hem na diverse zoekacties op 2.800 meter hoogte niet meer terugvinden.
Verdwenen Belgische
De Duitser in kwestie werd op de lijst van vermiste personen gezet maar nu zijn de resten van de Duitser teruggevonden, onder de gletsjer van de Monte Perdido berg. Op de lijst van ‘montañeros perdidos’ staan vier personen waaronder ook de 48-jarige Belgische wandelaarster Françoise Dasnois die in 2009 in de Sierra de Guara verdween nadat ze haar echtgenoot en zoon achter had gelaten om via een andere weg terug te keren naar het dorp Colunga waar ze nooit is aangekomen.
Een andere verdwenen wandelaar is de 65-jarige Deense Michel Nielsen die in 2019 in Benasque verdween tijdens een excursie in de bergen. Op de lijst van vermiste personen staat ook de 23-jarige Spanjaard Ferrán Camps die in 2010 bij de Ibón de Plan spoorloos verdween.
Niet de eerste
De 44-jarige Duitser die na 16 jaar is teruggevonden is echter niet de eerste persoon wiens botten door de natuur worden teruggegeven. Dat gebeurde eerder ook al met een Franse vrouw die in 1992 verdween en 18 jaar later werd teruggevonden bij de Aneto berg nadat ze in een spleet was gevallen. In 2001 werd na maar liefst 47 jaar de in 1954 verdwenen 29-jarige alpinist Joaquín López Valls bij de Pico Margalida teruggevonden nadat hij voor een afbrekende rots werd meegesleurd.