MADRID – Het Nederlandse Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) heeft een vergelijking gemaakt van de Europese economieën en het effect van de genomen corona-maatregelen tijdens de pandemie. Daaruit valt op dat de Nederlandse economie een harde klap heeft gekregen maar dat de dreun nog harder aankwam in België en het ergste in Spanje.
Uiteraard had iedereen het verwacht en de economieën in de EU-landen hebben het zwaar te verduren tijdens de pandemie. Toch zijn er landen die het blijkbaar minder erg hebben gedaan dan andere landen. Nederland heeft bijvoorbeeld zwaar te lijden maar het land kwam er in het tweede kwartaal nog genadig vanaf.
Terwijl de Nederlandse economie in het tweede kwartaal met 8,5% kromp ten opzichte van het eerste kwartaal van 2020, is dat in andere landen veel hoger. Zo kromp de economie in Duitsland met 9,7%, in België met 12,1% en in Frankrijk met 13,8%. Binnen de Europese Unie is de Spaanse economie met een krimp van 17,8% in het tweede kwartaal het hardst getroffen.
Deels wordt deze minder ergere score van Nederland toegeschreven aan de zogenaamde ‘intelligente lockdown’ maar dat is te makkelijk gedacht volgens diverse economen. Tijdens de ‘intelligente lockdown’ in de eerste golf van het coronavirus bleven veel fabrieken en de bouw in Nederland gewoon functioneren terwijl dat in andere landen zoals Spanje heel anders was.
In Spanje ging tijdens de noodtoestand praktisch alles op slot wat uiteraard een negatief effect heeft op de economie, het bbp en de werkgelegenheid. Maar Nederland heeft bijvoorbeeld ook geen auto-industrie en ook geen grote toeristische sector iets wat in landen als Frankrijk, Italië en Spanje wel het geval is.
Consumptie
Een belangrijke factor bij de krimp van de economie is de sterk teruggelopen consumptie door huishoudens. In Nederland kromp het consumptievolume in het tweede kwartaal met 10,8% ten opzichte van het voorafgaande kwartaal. In Duitsland was de krimp met 9,5%iets minder, in België en Frankrijk met 11,5% en 12% iets groter. In Spanje was de krimp met 23,7% vrijwel het grootst, op Malta na.
Werkloosheid
Ondanks dat ook in Nederland de werkloosheid opliep, is deze naar Europese maatstaven nog altijd laag. In augustus bedroeg de werkloosheid in Nederland 4,6% van de beroepsbevolking. Er zijn echter enkele EU-lidstaten waaronder Duitsland die in augustus een lagere werkloosheid hadden met 4,4% terwijl de werkloosheid in België iets hoger is dan in Nederland met 5%. In Spanje was de werkloosheid met 16,2% verreweg het hoogst. De werkloosheid was in Spanje al relatief hoog en liep na het uitbreken van de pandemie ook nog eens pijlsnel op. Overigens is de werkloosheid in Griekenland waarschijnlijk nog iets hoger, maar cijfers over augustus zijn voor dit land nog niet beschikbaar.