Voor het eerst in de geschiedenis is de levensverwachting in Spanje boven de 84 jaar uitgekomen. Volgens de nieuwste gegevens van het Spaanse statistiekbureau (INE) leven Spanjaarden nu gemiddeld 84,01 jaar. Daarmee blijft Spanje een van de landen met de hoogste levensverwachting ter wereld.
De stijging is vooral te danken aan verbeteringen in de gezondheidszorg, een gezondere levensstijl en een hoge kwaliteit van leven. Mannen bereiken nu gemiddeld een leeftijd van 81,38 jaar, terwijl vrouwen zelfs 86,53 jaar oud worden. Daarmee loopt het verschil tussen mannen en vrouwen nog altijd op tot meer dan vijf jaar.
Volgens deskundigen laat dit record zien dat het goed gaat met Spanje, maar het brengt ook nieuwe problemen mee. Er komen steeds meer ouderen bij en daardoor wordt de druk op pensioenen en de gezondheidszorg groter.
Een ander probleem is dat er steeds minder kinderen worden geboren. Er sterven meer mensen dan er geboren worden, waardoor het aantal inwoners daalt. Dat maakt het lastig om in de toekomst genoeg werkende mensen te hebben om de ouderen te ondersteunen.
Ondanks deze zorgen is de stijging van de levensverwachting goed nieuws. Spanje behoort namelijk al jaren tot de Europese top als het gaat om levensverwachting, samen met landen als Zwitserland, Italië en Frankrijk. Als de huidige trend zich voortzet, zou de gemiddelde Spanjaard tegen 2030 zelfs richting de 85 jaar kunnen gaan.