De ‘Europese Dag van de Nationale Parken’ vindt jaarlijks plaats op 24 mei en is een initiatief uit 1999 van de EUROPARC Federatie ter ere van de beschermde natuurgebieden in Europa en als eerbetoon aan het eerste Nationale Park in 1909 in Zweden. Spanje heeft op dit moment 16 ‘Parques Nacionales’ waar in de meeste van hen speciale tours en activiteiten worden georganiseerd op 24 mei zelf of in de dagen daarna.
11 Nationale Parken zijn op het Spaanse vasteland te vinden, 4 op de Canarische Eilanden en 1 bij de Balearen eilanden. Spanje was met de benoeming van natuurgebieden tot beschermde Nationale Parken een van de pioniers op het gebied van de natuurbescherming.
Dat gebeurde meer dan 105 jaar geleden in 1916 toen de Montañas de Covadonga in Asturië en het Ordesa gebergte met de Monte Perdido in Aragón tot eerste beschermde Nationale Parken werden benoemd.
Overzicht 16 Nationale Parken van Spanje
Nationaal park Aigüestortes i Estany de Sant Maurici
Nationaal park Aigüestortes i Estany de Sant Maurici is een nationaal park in de provincie Lerida in Catalonië. Het park werd in 1956 uitgeroepen tot Nationaal Park en ligt in de Pyreneeën en kenmerkt zich vooral door de vele bergmeertjes en bergriviertjes. Het park wordt begrensd door de waterscheiding vanaf een ring van bergtoppen variërend in hoogte van 2.750 tot 3.050 meter. Hier omheen ligt nog de zogeheten perifere zone, een gebied met minder natuurbescherming dan in het nationaal park. De perifere zone heeft een oppervlakte van ongeveer 1,5 keer die van het park.
Het park is een zeer ontwikkeld wandelgebied. Het bevat, naast een deel van het lange afstandswandelpad GR-11, vele korte en langere wandelpaden. In en om het park zijn meer dan 10 berghutten. Aan de oostkant is de plaats Espot een belangrijke toegangspoort voor het park. Aan de westkant zijn er meerdere plaatsen in het dal van de Noguera de Tor, die als uitvalsbasis kunnen dienen: Boí, Caldes de Boí en Taüll.
Nationaal Park Cabrera
Nationaal park Cabrera is een van de kleine eilanden bij de Balearen. Het ligt ten zuiden van Mallorca in de Middellandse Zee. Dit eiland is in zijn geheel tot nationaal park benoemd. Tijdens de Napoleontische oorlogen werden er in totaal 9.000 Franse gevangenen gehuisvest, waarvan er slechts 3.600 overleefden. Tot in de jaren 1980 was het eiland militair gebied, hoewel er ook enige landbouw plaatsvond.
Cabrera is sinds 1996 een beschermd natuurgebied waar veel vogel- en andere diersoorten te vinden zijn. Er kunnen wandelingen worden gemaakt en men kan het park bezichtigen onder leiding van een gids die vertelt over de natuur. Het is ook mogelijk om vanaf het dorp Colonia de Sant Jordi een boottocht te maken rond het eiland. Om met een eigen boot het eiland te bezoeken is een vergunning nodig.
Nationaal park Cabañeros
Nationaal park Cabañeros is een nationaal park dat in twee provincies gelegen is, het noordwesten van Ciudad Real en het zuidwesten van Toledo beiden in Castilla-La Mancha. Het park werd opgericht in 1995 en heeft een oppervlakte van 390 vierkante kilometer.
Het is gelegen tussen de rivieren Estena en Bullaque en gaat verder in de Chorito- en Miraflores-gebergtes. Het is het beste en grootste overblijvende gebied van Iberisch Mediterraan bos met een enorme variëteit aan plantensoorten.
Nationaal Park Caldera de Taburiente
Parque Nacional de la Caldera de Taburiente is een nationaal park op het eiland La Palma, een van de acht Canarische Eilanden. Het bevat het enorme gebied van de Caldera de Taburiente waarvan eens gedacht werd dat het een gigantische caldera of vulkaankrater was. Nu weet men dat het een erosiekrater betreft die het noordelijke gedeelte van het eiland domineert. Het werd in 1954 aangewezen als nationaal park.
De caldera heeft een doorsnede van ongeveer 10 kilometer en op sommige plekken torenen de wanden 2.000 meter boven de calderabodem uit. Het hoogste punt is de Roque de los Muchachos op de noordwand met een hoogte van 2.426 meter. Deze top is bereikbaar over de weg. De telescopen van het Observatorium Roque de los Muchachos bevinden zich vlak bij de top.
Gedurende de Spaanse verovering van de Canarische Eilanden in de 15e eeuw was de caldera de plek waar de voormalige bewoners van de archipel, de Guanches, het laatst standhielden. Het bleek onneembaar te zijn voor de Spanjaarden en ze versloegen enkel de Guanches door hun leider in een hinderlaag te lokken onder het voorwendsel te willen onderhandelen.
Nationaal Park Doñana
Nationaal park Doñana, in het Spaans Parque Nacional de Doñana of Coto de Doñana, is sinds 1969 een nationaal park en is gelegen aan de Atlantische Oceaan, aan de monding van de Guadalquivir rivier in Andalusië. Coto betekent afgebakend jachtterrein. Het gebied was in het verleden het eigendom van de hertogen van Medina Sidonia. Het jagen in dit gebied was alleen aan hen voorbehouden. Men denkt dat de naam Doñana afkomstig is van “Doña Ana”. Doña Ana de Mendoza y Silva was de vrouw van de zevende hertog van Medina Sidonia.
Het gebied ligt in twee provincies, Huelva en Sevilla, en vormt een soort natuurlijke barrière tussen deze provincies. Er lopen namelijk geen wegen door de Doñana. Menselijke bebouwing en bewoning is op enkele uitzonderingen na niet toegestaan. De oppervlakte van Doñana bedraagt 50.720 hectare. Het gebied wordt gevoed door de rivieren Cano de Guadiamar (een zijtak van de Guadalquivir) en de Arroyo de la Rocina.
Het gebied is belangrijk vanwege de vele trekvogels die er een rustplaats vinden op hun tocht van zuid naar noord. De moerassen in de rivierdelta zijn voor deze vogels ideaal. Daarnaast is het een van de weinige natuurgebieden waar nog Iberische Lynxen leven en waar enkele exemplaren van de Iberische Wolven te zien zijn.
Jaarlijks vindt er door La Doñana een bedevaart ter ere van de maagd van El Rocío plaats, met als bestemming het plaatsje El Rocío waar de stoet op 2e pinksterdag ‘s ochtends aankomt om het beeld van de Maagd te begroeten. De tocht met klassieke huifkarren en een kleurrijk uitgedost gezelschap duurt drie dagen, met elke avond een feestelijk samenzijn.
Nationaal Park Garajonay
Nationaal park Garajonay ligt in het midden en noorden van La Gomera, een van de acht Canarische Eilanden. Het werd in 1981 uitgeroepen tot nationaal park en werd in 1986 op de Werelderfgoedlijst van de UNESCO geplaatst. Het park beslaat met 3.984 hectare (40 km²) tien procent van het eiland en ligt binnen het territorium van alle zes gemeenten. Sinds 1988 heeft het ook de status ‘Europees vogelreservaat‘.
Het park is vernoemd naar de rotsformatie van Garajonay; het hoogste punt van het eiland op 1.484 meter en ligt grotendeels op een plateau met een hoogte van 790-1.400 meter boven het zeeniveau. De naam ‘Garajonay’ baseert voorts op een oud verhaal van de Guanchen over Gara en Jonay; een soort Canarische Romeo en Julia.
Het klimaat is vochtig (neerslag 600 tot 900 mm per jaar) en niet al te warm (gemiddeld 14 à 15 graden). De vegetatie bestaat overwegend uit laurisilva; dit zijn vochtige subtropische bossen die in het Tertiair bijna heel Europa besloegen.
Nationaal Park Sierra de Guadarrama
Het nationaal park Sierra de Guadarrama bevindt zich in de autonome regio’s Madrid en Castilië en León. Het vijftiende nationale park van Spanje (en het op drie na grootste) werd opgericht op 25 juni 2013 en is daarmee het nieuwste Nationale Park van Spanje.
De Sierra de Guadarrama is een bergketen en beslaat ongeveer de helft van het Castiliaans Scheidingsgebergte (een gebergte in het midden van het Iberisch Schiereiland). Het gebergte ligt tussen de Sierra de Gredos in de provincie Ávila en de Sierra de Ayllón in de provincie Guadalajara. De keten is gemiddeld genomen ongeveer 80 km lang en de hoogste top, Peñalara, is 2.430 meter hoog.
Nationaal park Islas Atlánticas de Galicia
Het Nationaal park Islas Atlánticas de Galicia is het enige nationaal park gelegen in de Spaanse autonome deelstaat Galicië. Het omvat de archipels Cíes, Onza, Sálvora en Cortegada. Het omvat een gebied van 1.200 hectare land en 7.200 hectare zeegebied. Het werd gevestigd in 2002 als 13e nationale park van Spanje. Het is het enige nationaal park in Galicië en het 10e meest bezochte nationaal park van Spanje.
De kleine eilanden die tot dit Nationaal Park behoren zijn vooral bekend vanwege de witte stranden en ongerepte natuur. De stranden op het eiland Cíes zijn al enkele malen tot de beste van de hele wereld verkozen. Gelukkig worden er geen mensenmassa’s toegelaten waardoor de natuur verwoest wordt.
Nationaal Park Monfragüe
Het Nationaal Park Monfragüe is de ideale plaats voor vogelspotters en ligt in de regio Extremadura. Driehonderd paartjes van de zwarte gieren leven in het park samen met 12 paartjes keizerarenden, 30 zwarte ooievaars, 35 Egyptische gieren en 1.000 vale gieren. In het park, bij Cáceres, leven ook nog 200 soorten gewervelde dieren die vooral te vinden zijn op de oevers van de Taag en de Tietar. Het Park werd als beschermd verklaard in 2007.
Nationaal Park Ordesa y Monte Perdido
Het Nationaal Park Ordesa y Monte Perdido is een nationaal park in de Pyreneeën, in de provincie Huesca in Aragón. Het werd officieel geopend in 1916 en omvatte toen alleen de Ordesavallei (Valle de Ordesa) en was 2.086 ha groot. In 1982 werd het park uitgebreid met de valleien Añisclo (Bellosrivier), Escuaín (kloof van de Yagarivier) en Pineta met zijn keteldal, waardoor het zijn huidige omvang van 15.608 ha kreeg.
Sinds 1997 staat het park samen met een deel van het aangrenzende Nationaal Park Pyrénées op de Werelderfgoedlijst van de UNESCO. Het park is sinds kort tevens een Unesco-biosfeerreservaat.
Er komen meer dan 1.500 soorten bloemen, 171 vogels, 32 verschillende zoogdieren en acht soorten reptielen voor in Ordesa. Een karakteristieke vogel uit het gebied is de lammergier, een gier met een spanwijdte van drie meter. Deze vogels zijn in Europa vrijwel alleen in de Pyreneeën te zien. Dorpen rond het park zijn Bielsa, Broto, Fanlo, Puértolas, Torla, Aínsa, Boltaña.
Nationaal park Picos de Europa
Het Nationaal park Picos de Europa is een aangesloten nationaal park in Spanje. Het beslaat het grootste deel van de Picos de Europa, verspreid over Asturië, Cantabrië en de provincie León. Het park heeft een oppervlakte van 64.660 ha. Het westelijke, in Asturië liggende deel van het park werd gecreëerd op 22 juli 1916 als het Nationaal park Covadonga en had een oppervlakte van 16.925 ha. Het was, na het Nationaal park Ordesa y Monte Perdido in de Pyreneeën, het tweede nationaal park van Spanje dat werd gecreëerd.
Op 30 mei 1995 werd het bestaande park uitgebreid met het centrale en oostelijke deel van de Picos de Europa en kreeg het de naam Parque Nacional de los Picos de Europa. Op 9 juli 2003 gaf de UNESCO het nationaal park de status van biosfeerreservaat.
Nationaal Park Sierra Nevada
Het Nationaal Park Sierra Nevada is sinds 1999 een nationaal park in de Sierra Nevada in Zuid-Spanje, in Andalusië. Het reikt van Alpujarra tot de Marquesado en de vallei van Lecrin in de provincies Granada en Almería in Andalusië. Sommige bergen zijn hoger dan 3.000 meter. Er zijn meer dan zestig soorten planten die alleen maar in deze regio voorkomen, waaronder de Plantago nivalis, een weegbreesoort.
Er is een groeiende populatie Spaanse steenbokken en ook de das en de wilde kat komen er voor. Aan de rand van het park bevindt zich de botanische tuin La Cortijuela. Bedreigde plantensoorten uit de Sierra worden hier beschermd en onderzocht.
Nationaal park Tablas de Daimiel
Het Nationaal Park Tablas de Daimiel is een natuurgebied op de hoogvlakte van La Mancha in de Spaanse provincie Ciudad Real in de autonome regio Castilla-La Mancha. Het is een drasland in een droog gebied in Spanje. Tablas de Daimiel is het kleinste van de vijftien nationale parken in Spanje en werd in 1978 tot Nationaal Park verklaart. Het park zelf omvat slechts een oppervlakte van 19 vierkante kilometer.
Tablas de Daimiel heeft niet alleen de status van nationaal park, het is ook: een drasland op de lijst van de Conventie van Ramsar, het hart van het biosfeerreservaat Mancha Húmeda, een speciaal vogelbeschermingsgebied.
Nationaal Park El Teide
De vulkaan El Teide en het omringende gebied meet 18.900 hectare en wordt sinds 1954 het Parque Nacional del Teide genoemd. De laatste uitbarsting in het park werd geregistreerd in 1909. Het park ligt gemiddeld op circa 2.000 meter boven de zeespiegel. Vanwege de lage hoeveelheid neerslag en de sterk wisselende temperaturen is nauwelijks sprake geweest van bewoning. Sinds 2007 is dit gebied opgenomen in de werelderfgoedlijst van de UNESCO.
Het park is met de auto goed te bereiken. Bij de ingang van het park aan de oostkant ligt het bezoekerscentrum El Portillo. Hier is een kleine tentoonstelling over het park en een botanische tuin met lokale plantensoorten. Een kabelbaan, de Teleférico, brengt de bezoeker naar het platform La Rambleta op 3.555 meter hoogte, vlak onder de top van de Teide. Voor het verder beklimmen van de top is toestemming vereist.
El Teide of Pico del Teide is de grootste vulkaan van het eiland Tenerife. Met zijn 3.718 meter boven zeeniveau en 7.000 meter boven de zeebodem is het de hoogste berg van Spanje. In hoogte vanaf de zeebodem is de Teide de derde vulkaan van de wereld, na de Mauna Kea en Mauna Loa op Hawaï. Deze vulkaan wordt als ‘slapend‘ beschouwd. Nieuwe erupties worden echter wel verwacht, waaronder erupties met gevaarlijke pyroclastische stromen.
De berg en de schone lucht biedt een goede mogelijkheid voor astronomisch onderzoek. Het Observatorio del Teide valt onder het Instituto de Astrofísica de Canarias. Diverse universiteiten hebben telescopen en andere onderzoeksmaterieel op de berg geplaatst.
Nationaal park Timanfaya
Nationaal Park Timanfaya of Montañas del Fuego (letterlijk: vuurbergen) is een natuurgebied op Lanzarote, het gebied bestaat uit een uniek vulkanisch, “maan” landschap. Dit landschap ontstond door een vulkaanuitbarsting in 1730. Er is nog steeds sprake van vulkanische activiteit.
Door de neergeslagen lava kan er in de omgeving van het Nationaal park Timanfaya een wijn met een bijzondere smaak verbouwd worden. Het gebied beslaat ongeveer 51 vierkante kilometer. Het is niet toegestaan om zonder gids in het natuurgebied te wandelen. De Timanfaya behoort sinds 1974 toe aan de Nationale Parken van Spanje.
Nationaal park Sierra de las Nieves
In 2021 werd na twee jaar vertraging de Sierra de las Nieves in de provincie Málaga (Andalusië) tot 16e Nationale Park verklaard. In Andalusië zijn sindsdien drie Parques Nacionales te vinden: Doñana (Sevilla en Huelva); Sierra Nevada (Granada en Almería); Sierra de la Nieves (Málaga).
Het Natuurgebied Sierra de Las Nieves werd in 1989 al door het parlement van Andalusië tot natuurpark (parque natural) verklaard. In 1995 werd het toegevoegd aan de lijst van biosfeerreservaten van de UNESCO. Het bevindt zich tussen de gemeenten Ronda, El Burgo, Yunquera, Tolox en Parauta. De hoogste bergtop is de Torrecilla (1.919 m).
Het park is vooral bekend om de bossen van Spaanse zilverspar (pinsapar española) want 65 procent van de totale zilverspar bossen oppervlakte in Spanje komt in de Sierra de Las Nieves voor. Verder zijn er heel wat grotten (Hoyos del Pilar, Hoyos de Lifa, Cuevas del Moro). In het nationaal park leven onder andere de steenarend en de havikarend.