Vanaf 1 januari 2026 gaat de vliegbelasting in Nederland omhoog van 29,40 euro naar 30,25 euro per vliegticket. Dat betekent dat iedereen die vanuit Nederland naar Spanje vliegt, bijvoorbeeld naar Málaga, Barcelona of Alicante, iets meer gaat betalen voor zijn ticket. Het gaat om een stijging van ongeveer 3 procent, gebaseerd op de jaarlijkse prijsindexering.
Deze verhoging maakt deel uit van het jaarlijkse Belastingplan, dat op Prinsjesdag wordt gepresenteerd en daarna door de Tweede Kamer moet worden goedgekeurd. Hoewel de officiële bevestiging vaak pas in december volgt, deelt de ANVR het bedrag nu al, zodat luchtvaartmaatschappijen en reisorganisaties de hogere belasting tijdig kunnen doorberekenen in de ticketprijzen. Zo worden onaangename verrassingen of naheffingen voor reizigers voorkomen.
Voor een gezin dat met vier personen naar Spanje vliegt, betekent dit dat de totale extra belasting bovenop de ticketprijs volgend jaar 121 euro bedraagt. Dat komt bovenop de al hoge kosten voor vakantievluchten, die de laatste jaren door stijgende brandstofprijzen, hogere tarieven op luchthavens en eerdere belastingverhogingen al flink zijn toegenomen.
Daarnaast kijkt de overheid vooruit naar 2027, wanneer vooral de langeafstandsvluchten zwaarder belast gaan worden. Voor die vluchten wordt gesproken over verhogingen tot wel 70 euro extra per ticket. Hoewel dit niet direct invloed heeft op Spanje, benadrukt de ANVR dat ook Europese bestemmingen zoals Spanje steeds minder aantrekkelijk worden door de constante stijging van de ticketprijzen.
De brancheorganisatie waarschuwt dat Nederland hierdoor minder concurrerend wordt vergeleken met buurlanden, waar de vliegbelasting lager ligt of in sommige gevallen zelfs helemaal niet bestaat. Voor veel Nederlanders die regelmatig naar Spanje reizen, kan het daardoor aantrekkelijker worden om vanuit luchthavens in Duitsland of België te vertrekken.
De ANVR blijft zich daarom verzetten tegen verdere verhogingen. Volgens de organisatie worden reizigers en reisbedrijven de dupe van maatregelen die vliegen steeds duurder maken, terwijl het aanbod aan duurzame alternatieven zoals de trein naar Spanje nog altijd beperkt en vaak duurder is dan het vliegtuig.