Egbert en Barbara overwinteren elk jaar in Fortuna bij Murcia. Ze houden het thuisfront op de hoogte van hun reilen en zeilen met wekelijkse brieven, die wij elke zaterdag publiceren. Zo kunt u meegenieten van hun belevenissen, van de grappige en minder grappige dagelijkse voorvallen, Spaanse wetenswaardigheden, kortom alles wat elke overwinteraar tijdens zijn of haar verblijf in Spanje kán meemaken. Daarbij moet dat niet als een kritiek op de levenswijze in Spanje gezien worden maar wel een verslag over hoe het leven anders kan zijn voor de voor- en ook nadelen.
Donderdags is er markt in Murcia en Vera stelt een meidendag voor. Ik ben direct “in” en dus tuffen we vandaag richting koopjes. Wie nu denkt dat er alleen “meiden” in de auto zitten, heeft het mis, want de “knullen” vonden het tijd voor een “knullendag”, ze gingen dus mee, maar wél achterin de auto, niet voorin. “We gaan iets cultureels doen”, loeit Egbert, wat uiteindelijk resulteert in het zitten op een terrasje voor de kathedraal.
De markt is leuk, lekker veel van die grabbelkramen met bloesjes van 3 euro. We hebben spijt dat we met de mannen over twee uur hadden afgesproken, want tegen die tijd hebben we nog maar de helft van de markt afgestruind. Jammer, maar afspraak is afspraak.
Het zonnetje schijnt uitbundig, de sfeer is Spaans, en daar horen tapas bij. We strijken neer in een barretje om de hoek. Daar staat een grote toonbank boordevol met de heerlijkste hapjes. Het is de bedoeling dat je de prikkertjes bewaart, want dié moet je betalen. In Nederland zou dit ondenkbaar zijn, want geheid dat dáár een heleboel prikkertjes zouden worden verdonkeremaand, maar hier niet. Het vertrouwen is hier nog en dat wordt vrijwel niet geschaad, denken wij.
Het is een drukte van belang rond te toonbank, want Spanjaarden wéten waar het goed toeven is. Van tijd tot tijd worden er vanuit de keuken boordevolle schalen aangerukt. Die worden dan met heel veel herrie aangekondigd. Vera vliegt telkens op de schotels af en komt dan stralend met de nieuwe lading naar onze tafel. Zo komt het dat we met z’n allen bijna dertig stokjes hebben afgekloven, allemaal verschillende, allemaal even lekker. Het bekende Spaanse wijntje completeert de maaltijd en na een uurtje staan we voldaan weer in het zonnetje.
Nu eerst even naar een bank, want wát je ook doet, geld heb je nodig. Nietsvermoedend schuif ik mijn pinpasje in de dorstige gleuf van de pinautomaat. Hap-slik-weg! In één keer, zonder dat ik ook maar één knopje heb aangeraakt. O wee, wat nu, de bank is in diepe rust want het is siësta en dan slaapt Spanje. Om vijf uur gaat hij weer open. Wat onrustig hierdoor, nemen wij ons voor om de tijd te doden door een afzakkertje of twee te nemen.
In onze rubriek SpanjeVerhalen zijn meer verhalen van Barbara (en andere ingezonden verhalen) te lezen. KLIK HIER
Vera loopt voor ons uit als we op een gegeven moment zien, dat ze per ongeluk (ze denkt dat het haar man is) een wildvreemde meneer bij de arm neemt, waar ze lustig tegenaan begint te kwekken. Totdat ze in de gaten heeft dat ze vreemdgaat en dán verontschuldigt ze zich uitvoerig in haar mooiste Spaans, maar de meneer straalt haar vriendelijk tegemoet. “Zeg het maar in het Nederlands hoor!” Hij blijkt een Nederlandse journalist te zijn. Hij schrijft voor het NRC. Nu is hij is op weg naar een interview met een winnende voetbalclub van Murcia. Hij had in het verleden ook al interviews gehad met Johan Cruijff, Louis van Gaal en nu staat Ronald Koeman nog in zijn agenda. “Spanjaarden zijn vol bewondering over Nederlandse voetballers!” zegt hij. Die Hollandse jongens staan hier hoog in aanzien!
Als we even later letterlijk ‘achter de geraniums’ zitten op een zonnig terrasje, en als we net aan onze biertjes nippen, komt er een zigeunerorkestje zo hard en vals spelen aan ons tafeltje, dat we elkaar niet meer kunnen verstaan. Ik geef de zwarte kool-oogjes maar gauw een muntje, want nu gaan de musici tenminste een eindje verderop de oren treiteren.
Om vijf uur staan we voor de bank te wachten, waar ze ons vreemd aankijken. “Dit is nog nooit gebeurd!” Dat had ik dus! In elk geval heb ik ervan geleerd om nooit meer te pinnen als de bank dicht is!
Groeten van Barbara