Deze week moet een aannemer voor de rechter in Zaragoza verschijnen. De aanklager eist vier en een half jaar gevangenisstraf voor zijn vermeende poging om een rechter te misleiden door hem te laten geloven dat hij insolvent was, zodat hij een klant niet hoefde te compenseren voor een slecht uitgevoerde klus. De openbare aanklager verwijt hem valsheid in geschrifte en verduistering, en vraagt naast de gevangenisstraf ook een boete van 9.720 euro.
De verdachte werd veroordeeld tot een schadevergoeding van 18.039 euro (plus 7.157 euro aan proceskosten) aan de vereniging van eigenaren van een centraal gelegen parkeergarage in Zaragoza voor de slechte reparatie van een fontein die lekkages veroorzaakte. De aannemer ging in beroep tegen het vonnis, maar het gerechtshof bevestigde het, waardoor de benadeelden gelijk kregen. De aannemer betaalde de schadevergoeding echter niet, waardoor de benadeelden gedwongen waren om de tenuitvoerlegging van het vonnis aan te vragen.
In februari 2021 vroeg het gerechtshof in Zaragoza aan de aannemer om een lijst van zijn bezittingen en vermogen. De aannemer leverde een reeks documenten aan waarmee hij een beslaglegging wist te voorkomen. Volgens het openbaar ministerie deed de aannemer dit echter niet omdat hij echt insolvent was, maar om tijd te winnen. Hij gebruikte deze tijd om zijn bankrekeningen leeg te maken, zodat er geen geld meer beschikbaar was om de schadevergoeding te betalen.
De aannemer haalde een groot deel van zijn geld van de bankrekeningen af. De belangrijkste transactie was een overschrijving van 78.555 euro met het concept “lening aan vennoot”. Bij een andere overschrijving van 5.000 euro vermeldde hij “overschrijving aan vennoot”. Volgens het openbaar ministerie haalde hij de overige 13.730 euro in contanten op. Op 19 oktober 2021 was er nog maar 50 euro op de bankrekening. Dit bedrag was onvoldoende om zijn schulden af te lossen.
De vereniging van eigenaren van de parkeergarage heeft zich bij de zaak aangesloten om de aannemer aan te klagen. Zij eist een gevangenisstraf van vier jaar en acht maanden en beschuldigt de aannemer ook als rechtspersoon van een misdrijf en eist een boete van 6.480 euro. De verdediging van de aannemer ontkent de feiten.