MADRID – De Argentijnse voetballer Diego Maradona is woensdag 25 november 2020 op 60-jarige leeftijd overleden. De aanvallende middenvelder had diverse bijnamen zoals ‘El Diez’ of ‘Pelusa’ en wordt door velen gezien als ‘El Dios’ ofwel de voetbalgod. Maradona heeft meerdere jaren in Spanje gevoetbald bij FC Barcelona en bij Sevilla.
Maradona is op 60-jarige leeftijd aan een hartstilstand in La Plata in Argentinië overleden. Het ging een tijd niet goed met de gezondheid van Diego. Al in 2000 had hij hartproblemen waarna hij naar een drugskliniek op Cuba ging. Ook in 2004 werd Maradona na een hartinfarct na een overdosis cocaïne opgenomen in een ziekenhuis gevolgd door nog een ziekenhuisopname in 2007.
Dat Diego Maradona een superster in de voetbalwereld was is duidelijk en zijn thuisland Argentinië zal hem altijd herinneren als ‘de hand van God’ nadat hij tijdens de WK 1986 overduidelijk de bal met zijn hand het net van Engeland induwde en daarna op spectaculaire wijze door de Engelse defensie dribbelde om voor de 2-0 te tekenen. De wedstrijd werd uiteindelijk gewonnen met 2-1.
Spanje
Diego Maradona begon in 1976 zijn voetbalcarrière bij Argentino Juniors waar hij tot 1980 129 wedstrijden speelde en 80 doelpunten maakte. Daarna vertrok Maradona voor twee jaar tussen 1980 en 1982 naar Boca Juniors waarna hij naar Spanje vertrok.
In Spanje speelde Diego Maradona tussen 1982 en 1984 bij FC Barcelona waar hij in 36 wedstrijden 22 doelpunten maakte. Na zijn korte en problematische carrière bij Barça vertrok Maradona naar Italië om tussen 1984 en 1991 bij Napoli te spelen en 259 wedstrijden speelde en 115 doelpunten maakte.
Na zijn Italiaanse avontuur probeerde Maradona het nogmaals in Spanje bij Sevilla waar hij in het voetbalseizoen 1992-1993 in 26 wedstrijden 5 doelpunten maakte. Tussen 1993 en 1997 speelde Maradona in Argentinië bij Newell’s Old Boys en Boca Juniors.
FC Barcelona
FC Barcelona nam Maradona voor één miljard peseta’s over van Boca Juniors, destijds een recordbedrag. Spelersmakelaar Josep Maria Minguella speelde een voorname rol in de transfer. De Argentijn kende aanpassingsproblemen en in december 1982, net wanneer het sportief beter begint te gaan, krijgt Maradona geelzucht. Hij is tot maart 1983 uitgeschakeld.
Na zijn terugkeer leidt Maradona FC Barcelona naar winst van de Copa del Rey en de Copa de la Liga. In de finale om de Copa de la Liga tegen Real Madrid weet hij er met een mooi doelpunt zelfs voor te zorgen dat de supporters van aartsrivaal Real hem een staande ovatie geven, iets wat na hem alleen gelukt is bij de Braziliaan Ronaldinho.
Op de vierde speeldag van het seizoen 1983/1984 breekt Maradona zijn been na een woeste tackle van Athletic Bilbao-verdediger Andoni Goikoetxea. Na vier maanden maakt de Argentijn zijn rentree tegen Sevilla FC en hij scoort direct tweemaal. Uiteindelijk maakt Maradona dat seizoen elf competitiedoelpunten en FC Barcelona eindigt op één punt achterstand op landskampioen Athletic de Bilbao.
De laatste wedstrijd van Maradona als blaugrana is de finale van de Copa del Rey in 1984, die met 1-0 wordt verloren van Athletic de Bilbao. Na langdurige provocaties gedurende de wedstrijd reageert Maradona en trapt moedwillig een tegenstander, waarna een vechtpartij tussen de spelers van FC Barcelona en Athletic de Bilbao ontstaat.