Naast de tragedie van de bosbranden hebben delen van Spanje ook te maken met nog een natuurramp: de droogte. Terwijl de waterreservoirs zich op 51% bevinden, is de situatie in regio’s zoals Andalusië en Catalonië meer dan verontrustend. Ze hebben een nu 25% van de totale capaciteit op en als er deze lente geen regen valt, wordt er al gesproken over een watercrisis.
Het verschil in het waterniveau van het Sau-stuwmeer in de provincie Barcelona is in slechts twee jaar tijd dramatisch gedaald, een trieste situatie. Sommige Catalaanse dorpen, zoals L’Espluga de Francolí (provincie Tarragona), hebben al te maken met watertekorten en hadden bijvoorbeeld de hele nacht geen druppel water.
De reservoirs die het grootstedelijk gebied van de Catalaanse hoofdstad Barcelona van water voorzien, bevinden zich op slechts 15%. “Het is nu te laat om iets anders te doen dan te beginnen met beperkingen of drastische oplossingen te zoeken”, zegt Diego Intringolo, onderzoeker bij het CIDE. Hij benadrukt dat “er een meer langetermijnplanning nodig is, vooral met technische criteria.”
Andalusië
De andere autonome regio die onmiddellijk gevaar loopt, is Andalusië. Santiago Martín Barajas, woordvoerder van Ecologistas en Acción, legt uit dat er “meer dan vier miljoen hectare irrigatiegebied in ons land zijn die niet bewaterd kunnen worden”. Hij waarschuwt dat “steden met honderdduizenden inwoners zonder water komen te zitten.”
Dit is een echte ramp, ook voor bedrijven. Er is ongeveer 60% minder oogst geweest. En op sommige boerderijen is nog geen 10% geoogst Murcia is ook zwaar getroffen, met reservoirs onder de 30%, specifiek op 27%.
Op afgelopen weeek heeft de regionale premier van Andalusië, Juanma Moreno, opgeroepen tot “extreem voorzichtig watergebruik” en een “gezamenlijke inspanning” in het beheer en verbruik van deze hulpbron. “Vanwege haar geografische ligging en klimaatverandering zal Andalusië waarschijnlijk neerslag verliezen. Sinds 1980 is er al 30% van de regenval verloren gegaan. We moeten moedig zijn, het gebruik minimaliseren en efficiënt zijn in het verbruik ervan, vooral in de industriële en agrarische sector” volgens de regionale premier.