INTRO: Colyne en Laurens, een Vlaams koppel besmet met het reisvirus, namen afscheid van hun huis en job voor onbepaalde tijd. Samen met hun energieke, driejarige hond, Barry, ontdekken ze sinds een jaar het veelzijdige continent Europa. Campervan Grace, hun tijdelijke huis op wielen, brengt hen op bekende en minder bekende plekjes. Sinds vier maanden gaat hun route door het indrukwekkende Spanje. Benieuwd naar hun reisverhalen en uitdagingen? Reis dan hier met ze mee.
Smalle steegjes, piepkleine winkeltjes met wel erg weinig venstertjes. Tegen de gevel hangt wat koopwaar, een enkel tapijtje, wat jurkjes op een hanger, wat souvenirs. Maar pas op wanneer je je binnen laat verleiden, je stapt er zomaar naar buiten met kleren die je helemaal niet staan. Het is er namelijk zo donker dat je niet eens zwart van wit kan onderscheiden.
Voor de stoep van de lokale slager staan wat kleine, oude mannetjes te praten met een sigaret tussen de lippen geknepen terwijl hun echtgenotes de vleeswaren inslaan. Eén van hen inhaleert zo diep dat hij er moet van hoesten. Straffe tabak en hun stemmen klinken al zo hees als die van Joe Cocker. Ik loop voorbij en stap naar binnen. De slager blijkt niet alleen vlees aan te bieden, voor zijn koeltoog staan grote gekleurde flessen netjes op een rijtje met wasmiddel dat belooft witter te wassen dan wit.
’Half kilootje rundsgehakt en doe mij maar een flacon Dash ook.’ Van de typische bokalen ingelegde groenten geen spoor. Apart.
Even later stap ik terug naar buiten met wat ‘lonchas de pavo’. Er kunnen straks weer kalkoenschelletjes gegeten worden tussen die boterhammen.
Mojácar – wat letterlijk betekent heilige berg – bevindt zich om overduidelijke redenen bovenop een heuvel. Het dorp kreeg eerder al eens de titel van mooiste dorp in Spanje op de borst gespeld en dat verbaast me niets. Het oogt aantrekkelijk en dus wordt het lijstje ’Los pueblos más bonítos de España’ alsmaar langer.
Wat wel meteen opvalt is dat je hier betrekkelijk minder Spaans hoort dan Engels. De britten hebben Mojácar dus al langer weten te vinden. In de omgeving ernaartoe viel het ook al op, vastgoedprojecten, veelal in het Engels beschreven en talrijke makelaars met Britse namen, in dienst voor klanten op zoek naar hun ‘place under the sun’. Uiteraard is Mojácar sowieso toeristisch te noemen, dit merk je meteen aan de vele souvenirswinkeltjes die er te vinden zijn. Ook wij laten ons verleiden en zwichten deze keer voor een stierenkopje. Het ding is vervaardigd uit een stugge grassoort uit Spanje (esparto) die we al zo vaak zagen over gans Andalusië. Maar het kunnen ook ezels zijn of cactussen, zelfs olifanten, maar de ’torro’, het nationale symbool van Spanje, doet het voor ons. Naast het decoratieve ‘esparto’ lijkt iedere winkelier wel dat ene beeldje te hebben staan in hun vitrine: de ’Indalo’, het ventje met een boogje boven zijn kop. Hij doet me wat denken aan de mannetjes van de vredeseilanden. Het originele exemplaar zou hier trouwens voor het eerst aangetroffen zijn nabij de grotten van Letreros (Vélez-Blanco). Hoe dan ook, Indalo kreeg wel een heel belangrijke rol toebedeeld. Hij werd verheven tot de beschermende God van Mojácar en met uitbreiding voor gans de provincie Almeria. Best een klusje voor dat kleine ventje. Maar goed, wanneer je de volgende keer nogmaals meneertje Indalo ziet, dan weet je meteen waarvoor hij staat…
Wie interesse heeft in meer foto’s van Mojácar of verhalen over onze reis door Europa, kan terecht op onze Polarsteps via onderstaande link.
‘Vlaams koppel op reis door Spanje’ vertelt het verhaal van Colyne en Laurens die samen met hun campervan Grace door Europa reizen. Volg hun avonturen in Spanje via onze SpanjeVerhalen, of lees hun reisverslagen op Polarsteps.