De zomervakantie is voor veel Spanjaarden niet meer vanzelfsprekend. Volgens een recent onderzoek van de Spaanse consumentenorganisatie OCU zal slechts 20% van de Spanjaarden deze zomer op vakantie gaan. Dat betekent dat 4 op de 5 mensen thuisblijft, voornamelijk vanwege geldgebrek. Dit wordt in Spanje ook wel ‘vakantiearmoede’ genoemd.
Waar vorig jaar nog bijna 30% van de bevolking een vakantie plande, is dat percentage dit jaar flink gedaald. Ruim 40% van de ondervraagden zegt simpelweg geen vakantie te kunnen betalen. De stijgende kosten voor levensonderhoud zorgen ervoor dat vakantie een luxe wordt in plaats van een normaal jaarlijks uitje.
Van de mensen die wél op vakantie gaan, kiest het merendeel voor een goedkope optie. Veel Spanjaarden logeren bij familie, huren een appartement of zoeken naar andere budgetvriendelijke alternatieven. Slechts een klein deel overnacht in hotels en nog minder mensen gaan naar het buitenland.
Niet alleen geldgebrek speelt een rol. Ook de angst voor onverwachte uitgaven weerhoudt mensen ervan om op vakantie te gaan. Veel gezinnen houden hun spaargeld liever achter de hand, uit vrees voor prijsstijgingen bij huur, energie of boodschappen.
Opvallend is dat het toerisme in Spanje als geheel juist floreert. Terwijl miljoenen buitenlandse toeristen het land bezoeken en populaire bestemmingen volgeboekt zijn, blijven steeds meer Spanjaarden noodgedwongen thuis. De kloof tussen het inkomend toerisme en de vakantiearmoede onder de eigen bevolking wordt steeds zichtbaarder.
De OCU pleit voor overheidsmaatregelen om vakanties toegankelijker te maken voor iedereen. Volgens de organisatie is vakantie geen overbodige luxe, maar een essentiële behoefte voor rust, ontspanning en mentaal welzijn.