MADRID – Tijdens de verkiezingen in Spanje op zondag 28 april (28A) heeft de PSOE weten te winnen met 28,7% (7,4 miljoen) van de stemmen terwijl de PP gezakt is naar het laagste percentage ooit van 16,7% (4,2 miljoen) terwijl Ciudadanos bijna op hetzelfde percentage is gekomen als de PP met 15,8% (4 miljoen). Unidas-Podemos kreeg 14,3% (3,6 miljoen) van de stemmen en het extreemrechtse VOX komt als nieuweling komt met 10,3% (2,6 miljoen) het Spaanse parlement binnen.
Van de 34.811.939 Spanjaarden die hun stem mochten uitbrengen zijn er 25.295.185 Spanjaarden die daadwerkelijk zijn gaan stemmen wat een opkomst was van 75,78% wat meer is dan de 69,84% bij de verkiezingen in juni 2016. Bekijk de uitslagen hier.
Terwijl de PSOE een grote overwinning binnen heeft gehaald en er groot feest was bij het partijgebouw in Madrid is de sfeer bij de PP heel anders na een van de slechtste resultaten ooit en was er bijna niemand te zien bij het partijgebouw van de PP in Madrid. De extreemrechtse partij VOX vierde dat ze als nieuwkomer in het parlement zijn gekomen terwijl ook Ciudadanos zeer tevreden is met de resultaten maar Unidas-Podemos niet blij is met het grote verlies van stemmen.
Bij de verkiezingen in juni 2016 wist de PP nog te winnen en had de conservatieve partij 137 zetels, iets dat nu gezakt is naar 66 zetels. PSOE behaalde in 2016 nog 85 zetels maar is na de motie van wantrouwen in juni 2018 in populariteit gestegen en behaalde nu 123 zetels.
Unidos-Podemos (nu Unidas-Podemos) behaalde 71 zetels in 2016 maar zijn flink gezakt naar 42 wat op de PP na de grootste daling is. Ciudadanos wist van de 32 zetels in 2016 flink te stijgen naar 57 zetels, bijna net zoveel als de PP. VOX wist 24 zetels binnen te halen, minder dan wat de partij had verwacht. De Spaanse Partij voor de Dieren PACMA heeft bij deze verkiezingen 318.739 stemmen binnen weten te halen wat niet genoeg is voor een vertegenwoordiging in het parlement.
Het rechtse blok heeft met de drie partijen bestaande uit PP, Ciudadanos en VOX (en Navarra+) niet genoeg stemmen om een meerderheid van 176 (van de 350) te halen met 148 zetels. Er is bij de overige partijen met vertegenwoordiging in het parlement weinig animo om met de rechtse partijen een coalitie aan te gaan.
Het is nu aan de huidige premier Pedro Sánchez om te proberen een regering te vormen door coalities aan te gaan. De PSOE kan samengaan met Unidas-Podemos om samen 165 zetels te hebben maar ook dat is nog niet genoeg voor een meerderheid van 176 zetels. Daar moeten dus andere partijen bijkomen zoals de nationalisten uit het Baskenland (PNV) met 6 zetels en Catalonië (ERC) met 15 zetels.
Een andere mogelijkheid is een coalitie tussen de PSOE en Ciudadanos waarbij beide partijen 180 zetels zouden hebben en er verder geen andere zetels meer nodig zijn. De kans op deze coalitie is echter klein omdat Albert Rivera van Ciudadanos al duidelijk heeft gemaakt niet met Sánchez te gaan praten. Maar Rivera zou Rivera niet zijn als die mening wordt bijgesteld omdat Ciudadanos profijt wil hebben van de enorme stijging van zetels.
De PP is flink afgestraft door de stijgende populariteit van de extreemrechtse VOX en de stijging van Ciudadanos. Pablo Casado van de PP heeft geprobeerd een harde campagne te voeren om aan te geven dat kiezers niet hoefden over te stappen naar VOX maar die strategie heeft niet gewerkt.
Over ongeveer een maand op 26 mei zijn er opnieuw verkiezingen in Spanje voor het Europees Parlement, gemeenteraadsverkiezingen en verkiezingen voor bijna alle autonome regio’s in Spanje. De resultaten van deze verkiezingen zullen ongetwijfeld een effect hebben op de resultaten van 26 mei.