De zomerfeesten in Valencia komen tot hun einde en zijn afgesloten met één van de authentieke spektakels van de stad op zondag 30 juli. Het gaat om de ‘Batalla de las Flores’, dit betekent ‘gevecht van de bloemen’. Hierbij reden in totaal veertig wagens vol kleur en bloemen rond door het centrum van de stad. Eerst werden prijzen uitgereikt en toen klonk het startschot voor het gevecht. Dit vond plaats op de Alameda van de stad. Hier werden meer dan 1,2 miljoen gekleurde anjers over en weer gegooid in het vreedzaamste en leukste gevecht van Spanje en wellicht heel Europa.
De personen die op de tribune zaten vuurden de bloemen af richting de wagens. De personen op de wagens probeerden de bloemen af te weren met tennisrackets. De beschikbare plaatsen voor de tribune werden verloot door de gemeenteraad van de stad, maar ook als je daar geen plek had was het mogelijk te kijken naar het gevecht, langs de kant en op de stoep van de Alameda.
Eerder op de dag was er al een feest van de lokale politie, en daarna was er een optocht van juwelendragers en paardenwagens vol bloemen waarin de traditionele paren zaten. Het grootste gedeelte van de wagens werd echter in beslag genomen door de ‘falleras’ en de ‘falleros’ van de stad. Dat zijn personen die onder andere de folklore van de stad vertegenwoordigen en gekleed gaan in traditionele klederdracht.
De traditie werd voor het eerst gevierd in 1891 op de Alameda. Het werd georganiseerd door de baron Cortes de Pallás, Pascual Frígola y Ahís. Op dat moment werden er geen anjers gegooid, maar margrietjes. Er deden ongeveer dertig wagens mee. Het feest was bedoeld als een ludiek defilé voor de Nobelen van de stad. Valencia was de eerste stad waar het feest gevierd werd, maar ondertussen is het verspreid naar meerdere steden in Spanje.