De Spaanse verkeersdienst DGT heeft een nieuwe instructie gepubliceerd die de regels voor het gebruik van kampeerauto’s in Spanje verduidelijkt. Deze instructie is het resultaat van een motie van het parlement die werd aangenomen in 2020. Het gaat hierbij dus hoofdzakelijk om kamperen (acampar) en niet parkeren (aparcar), iets wat ook nog eens door de DGT wordt uitgelegd in de nieuwe instructie, zoals we HIER ook al beschreven.
De belangrijkste wijziging is dat kampeerauto’s die op het openbaar domein aan de kust kamperen (ribera del mar) nu kunnen worden beboet met een boete van maximaal 40 euro per m² per dag. Dit komt neer op een minimumboete van 220 euro per dag, aangezien kampeerauto’s over het algemeen tussen de 5,5 en 8 meter lang zijn. De instructie legt ook uit dat campers die illegaal parkeren of rijden op het openbaar domein aan de kust, een boete van 50 tot 150 euro kunnen krijgen. Dit wordt HIER (in het Spaans) uitgelegd bij punt 3.3 van de Instrucción PROT 2023/14.
De instructie maakt een onderscheid tussen parkeren (aparcar) en kamperen (acampar). Parkeren is toegestaan als de camper met de motor uit is en op de wielen staat, zonder dat er poten of andere steunen zijn uitgeschoven. De kampeerauto mag ook niet meer ruimte innemen dan wanneer deze gesloten is. Het is niet toegestaan om stoelen, tafels of andere spullen buiten te zetten.
Als aan een van deze voorwaarden niet wordt voldaan, wordt de handeling niet als parkeren beschouwd, maar als kamperen. In dat geval kan er een boete worden gegeven op grond van de regionale, gemeentelijke of kustwetgeving (Ley de Costas).
Snelheden
Wat betreft de maximumsnelheid voor campers, verwijst de instructie naar het koninklijk besluit 1428/2003 van 21 november dat de maximumsnelheden op buitenstedelijke wegen regelt.
Voor kampeerauto’s tot 3.500 kilo is de maximumsnelheid op autosnelwegen en autowegen 120 km/h en op gewone wegen 90 km/h. Voor kampeerauto’s van meer dan 3.500 kilo is de maximumsnelheid op autosnelwegen en autowegen 90 km/h en op gewone wegen 80 km/h.
In stedelijke gebieden en op kruispunten moeten kampeerauto bestuurders zich houden aan het algemene snelheidslimiet van 20 km/h op wegen met een platform voor voetgangers, 30 km/h op wegen met één rijstrook per rijrichting en 50 km/h op wegen met twee of meer rijstroken per rijrichting. Op autosnelwegen en autowegen binnen bebouwd gebied is de maximumsnelheid 80 km/h.
De DGT herinnert er ook aan dat bestuurders van voertuigen van meer dan 3.500 kilogram hun kampeerauto’s “deugdelijk moeten vastzetten” wanneer ze op een helling parkeren. Het is niet voldoende om alleen de handrem in te trekken. Er moeten ook blokken worden gebruikt en het is verboden deze te vervangen door andere voorwerpen, zoals stenen.