Volgens een nieuw onderzoek van het Centro de Investigaciones Sociológicas (CIS) en het Spaanse ministerie van Volksgezondheid heeft 40% van de Spanjaarden het afgelopen jaar acht dagen of langer moeten wachten om hun huisarts te kunnen bezoeken. Deze wachttijden zorgen bij veel mensen voor frustratie en onzekerheid, vooral bij wie medische klachten heeft die eigenlijk niet kunnen wachten.
Uit het onderzoek blijkt dat 17% van de patiënten tussen acht en tien dagen moest wachten op een afspraak, terwijl bijna 25% zelfs elf dagen of langer geduld moest hebben. Slechts 10% kon dezelfde dag terecht, en nog geen 12% de volgende dag. In de meeste gevallen gaven patiënten aan dat er simpelweg geen eerdere afspraak beschikbaar was.
Door de lange wachttijden besluit een groeiend aantal mensen om naar de spoedeisende hulp te gaan. Ongeveer de helft van de ondervraagden die geen afspraak konden krijgen, koos uiteindelijk voor de eerste hulp, wat de druk op ziekenhuizen verder vergroot.
Toch blijft de algemene tevredenheid over de zorg relatief hoog. Ruim 78% van de mensen beoordeelt de behandeling door hun huisarts als goed of zeer goed, al is dat percentage wel iets gedaald ten opzichte van vorig jaar, toen dat nog ruim 82% was.
De gemiddelde wachttijd voor een consult bij de huisarts ligt momenteel op 8,9 dagen. Deze cijfers laten zien dat de eerstelijnszorg in Spanje nog altijd kampt met structurele problemen, waaronder een tekort aan artsen en een toenemende werkdruk.
De overheid belooft maatregelen om de wachttijden te verkorten, maar veel patiënten vragen zich af of die snel genoeg komen. Ondertussen blijft het dagelijkse probleem voor miljoenen Spanjaarden hetzelfde: een afspraak krijgen bij de eigen huisarts is vaak een kwestie van lange adem.
