Recent is een dode walvis van ongeveer 14 meter lang aangetroffen op zo’n 6,5 kilometer ten oosten van de haven van San Cristóbal, bij Las Palmas de Gran Canaria. Een passerend vrachtschip ontdekte het dier dat op zee ronddreef en waarschuwde de autoriteiten.
De Spaanse kustwacht, Salvamento Marítimo, stuurde meteen een reddingsboot, die met hulp van duikers van het dier wist vast te maken en naar de haven sleepte. Later werd de walvis overgebracht naar de kade van Asticán in de haven van La Luz, waar het kadaver met een kraan uit het water werd gehaald.
Het gaat om een rorcual, een van de grootste soorten baleinwalvissen na de blauwe vinvis. Deze walvissen kenmerken zich door hun lange, slanke lichaam en de kenmerkende plooien onder de keel, die hen in staat stellen hun keel uit te zetten tijdens het voeden. Ondanks hun indrukwekkende formaat (sommige exemplaren kunnen tot 30 meter lang worden) zijn rorcuals behendige zwemmers die lange afstanden migreren.
De exacte doodsoorzaak van het dier is nog onbekend. Het kadaver zal worden onderzocht om meer duidelijkheid te krijgen over de omstandigheden van het overlijden. Volgens lokale media wordt gewacht op een geschikte container om het lichaam te vervoeren naar de vuilstortplaats van Juan Grande.
Het voorval benadrukt opnieuw de aanwezigheid van grote zeezoogdieren in de wateren rondom de Canarische Eilanden en het belang van toezicht en bescherming van deze dieren.