De Nationale Politie in Spanje maakt steeds vaker gebruik van kunstmatige intelligentie (AI), maar benadrukt dat echte agenten onmisbaar blijven. Volgens een woordvoerder is het werk op straat niet te vervangen door technologie, hoe slim die ook wordt.
AI wordt vooral gebruikt om het werk makkelijker en sneller te maken. Zo helpt het bij het voorspellen van risico’s, het opstellen van rapporten en het analyseren van bewijs zoals gezichten, stemmen en DNA. Ook systemen zoals VioGén, die geweld tegen vrouwen helpt opsporen, maken gebruik van AI.
Daarnaast wordt AI ingezet voor het controleren van gegevens of het herschrijven van teksten. Zelfs ChatGPT wordt soms gebruikt, al zijn er zorgen over fouten en onnauwkeurigheden in de informatie.
Toch mag AI lang niet alles doen. Bijvoorbeeld gezichtsherkenning op straat mag alleen als daar een duidelijke reden voor is, zoals het opsporen van een terrorist of een vermist persoon. De politie moet zich aan de wet houden en privacy blijft een belangrijk punt.
Eerder gebruikte de politie een programma genaamd Veripol om valse aangiftes te herkennen. Hoewel het programma best goed werkte, is het inmiddels gestopt omdat de resultaten niet rechtsgeldig waren volgens de wet.
Kortom: AI is een handige hulp voor de politie, maar kan mensen niet vervangen. Alleen een agent kan goed inschatten wat er in een bepaalde situatie nodig is, en dat blijft voorlopig ook zo.