Uit een onderzoek van de kampeerautovereniging Aseicar blijkt dat veel Spaanse gemeenten nog altijd niet goed zijn ingericht voor toeristen met een kampeerauto. Vooral populaire kustplaatsen zoals Gijón, Noja, Tarifa, Cadaqués en Nerja scoren slecht. Er zijn daar te weinig parkeerplaatsen en voorzieningen, en soms worden er zelfs boetes uitgedeeld aan camperaars.
Ook op de Balearen, zoals Mallorca en Ibiza, en in wintersportplaatsen zoals Jaca en Formigal in de Pyreneeën, is het niet makkelijk om met een camper te verblijven. Daar spelen ook problemen zoals woningnood voor seizoenswerkers mee, waardoor kampeerauto’s als storend worden gezien.
Toch zijn er ook positieve voorbeelden. Gemeenten zoals Peñíscola, Benicarló, Aínsa, Baeza en Tudela doen juist hun best om camperaars welkom te heten. Ze zorgen voor speciale camperplaatsen en goede voorzieningen. Volgens Aseicar profiteren deze gemeenten ook economisch van deze aanpak.
De voorzitter van Aseicar benadrukt dat het kampeerautotoerisme blijft groeien. Hij vindt het jammer dat sommige gemeenten de voordelen niet inzien. Aseicar is bereid om samen te werken met lokale overheden om dit toerisme in goede banen te leiden.
Volgens Aseicar is duidelijke regelgeving en goede infrastructuur nodig. Daarmee kunnen gemeenten overlast voorkomen én tegelijk profiteren van deze vorm van toerisme. Samenwerking is volgens de organisatie de sleutel tot succes.