Prefabwoningen zitten sterk in de lift in Spanje. De marktwaarde bedroeg in 2025 ruim 3,1 miljard dollar en experts verwachten dat dit oploopt tot ongeveer 4,4 miljard dollar in 2030. Dat laat zien hoe snel deze manier van bouwen terrein wint in het land.
Een belangrijk voordeel is de snelheid. Waar een traditionele woning vaak een jaar tot twee jaar nodig heeft, staat een prefabhuis meestal al binnen drie tot zes maanden. Sommige woningen bestaan uit modules die in de fabriek worden gemaakt en op locatie in slechts enkele weken worden geplaatst.
Ook financieel zijn prefabwoningen aantrekkelijk. Ze zijn vaak tussen de 20 en 35 procent goedkoper dan gewone woningen. Omdat de productie beter te plannen is, komen verrassingen of extra kosten minder vaak voor. Dat maakt de bouw voorspelbaarder en betaalbaarder voor veel mensen.
Daarnaast spelen duurzaamheid en comfort een grote rol. Door moderne materialen en technieken bieden prefabhuizen een goede isolatie en een aangenaam binnenklimaat. Dat zorgt voor lagere energiekosten en een kleinere impact op het milieu.
Wie denkt dat prefabwoningen simpel of saai zijn, heeft het mis. Ze zijn tegenwoordig modern vormgegeven en in veel stijlen beschikbaar. Je kunt kiezen voor grote ramen, ruime woonkamers, terrassen en zelfs uitbreidingen op maat. Hierdoor voelen ze steeds meer aan als volwaardige, luxe gezinswoningen.
Toch zijn er nog uitdagingen. In Spanje blijft het aandeel prefabwoningen klein vergeleken met de traditionele bouw. De kwaliteit hangt bovendien af van het gekozen materiaal, zoals hout, staal of beton.
Houten woningen vragen bijvoorbeeld meer onderhoud en metalen constructies isoleren soms minder goed. Ook regelgeving en financiering kunnen nog drempels vormen voor wie prefab wil bouwen.


Español
English
Deutsch
Français
Português
Italiano