MADRID – In 2019 hebben de Spaanse automobilisten die een eigen auto hebben de schatkist gevuld met 3,54 miljard euro afkomstig van de Registratie- en motorrijtuigenbelastingen ofwel ‘impuestos de matriculación y circulación’. Dat was vorig jaar 5,36% meer dan in 2018 toen dat bedrag 3,36 miljard euro was.
We hebben het hier over de Spaanse varianten van de Nederlandse Belasting van Personenauto’s en Motorfietsen (BPM) die betaald worden bij aanschaf van een auto en de wegenbelasting die in Spanje lokaal door de gemeente geïnd wordt.
De BPM of ‘impuestos de matriculación’ leverde in 2019 in heel Spanje 616 miljoen euro op wat 35% meer was dan de 456 miljoen euro in 2018. Deze belasting wordt landelijk geïnd maar wordt daarna verdeeld over de autonome regio’s.
De Spaanse versie van de wegenbelasting of ‘impuesto de circulación’ wordt lokaal door de gemeente geïnd en leverde in 2019 in heel Spanje 2,93 miljard euro op wat 0,7% meer is dan de 2,90 miljard euro in 2018.
Verder werd er door de Spaanse belastingdienst nog 4,87 miljard euro opgehaald aan ‘impuesto de valor añadido’ IVA ofwel de BTW wat in 2019 met 0,4% was gestegen ten opzichte van 2018.
Dan kun je ook nog de belasting (BTW en speciale taks) op brandstof meerekenen wat in Spanje 21,5 miljard euro opleverde in 2019 wat 3,1% meer is dan in 2018.
In totaal kan gesproken worden over 30,88 miljard euro dat de autosector oplevert in Spanje.