MADRID – Net zoals in Nederland en België wordt het medisch personeel in Spanje ook steeds vaker verbaal en fysiek aangevallen. De meest aangevallen werknemers zijn jonge vrouwelijke artsen waarbij de aanvallers patiënten zijn tussen de 40 en 60 jaar oud die in grote mate bij de eerstelijnszorg agressief gedrag vertonen tegenover medisch personeel.
In Spanje heeft het geweld tegen gezondheidswerkers in 2022 een nieuw record gevestigd, met 843 gemelde gevallen. Dit is een stijging van 38% vergeleken met het voorgaande jaar, wat betekent dat er elke tien uur een arts is aangevallen. Het Observatorium tegen Aanvallen (Observatorio Contra las Agresiones) meldt ook dat fysieke verwondingen vaker voorkomen dan verbale beledigingen en bedreigingen. Dit werd bekend gemaakt tijdens de eerste Europese dag van aanvallen op medisch personeel (9 maart).
Uit het rapport van het Observatorium tegen Aanvallen blijkt dat vrouwelijke artsen vaker te maken krijgen met aanvallen dan mannelijke collega’s, met één op de zes agressie-incidenten gericht tegen vrouwelijke artsen, en dat negen van de tien aanvallen plaatsvinden in de publieke ruimte. Eerstelijnszorg blijft de hoogste incidentie van aanvallen rapporteren, maar het aantal incidenten is met acht punten gedaald vergeleken met 2021. Ziekenhuizen staan op de tweede plaats met 27%, een stijging van vijf punten, gevolgd door ziekenhuis spoedeisende hulp en spoedeisende hulp van de eerstelijnszorg, beide met een vergelijkbaar percentage van 8%.
Hoewel verbale beledigingen en vernederingen de meerderheid van de aanvallen vormen, is het aantal aanvallen dat leidt tot fysieke verwondingen toegenomen, met een stijging van 3% vergeleken met 2021. Van alle gemelde aanvallen bij medische beroepsverenigingen, leidde 16% tot arbeidsongeschiktheid, wat drie punten hoger is dan het voorgaande jaar. Bovendien vond 95% van de aanvallen plaats tijdens werktijden en op de werkvloer. Van alle aanvallen is 84% verbale belediging of bedreiging, terwijl 16% fysieke verwondingen veroorzaakt.
Een opvallend gegeven uit het rapport is dat 21% van de aanvallen verband houdt met structurele problemen, waarvan 64% te wijten is aan vertragingen bij het ontvangen van medische behandeling, 25% aan het niet goed functioneren van de medische faciliteit en bijna 12% aan covid-gerelateerde protocollen.
Van de oorzaken die verband houden met medische zorg, blijkt uit het rapport dat ontevredenheid over de ontvangen zorg de belangrijkste reden is, met een percentage van 53%. In bijna 14% van de gevallen zijn er persoonlijke meningsverschillen met de arts. Opvallend is dat 12% van de aanvallers agressief werd omdat ze niet de medicatie kregen die ze wilden, en 10% omdat de medische rapporten niet aan hun verwachtingen voldeden.
Volgens het rapport blijft het profiel van de aanvaller ongewijzigd. Bijna de helft van de aanvallers is een geplande patiënt (48%), terwijl 28% niet-gepland is en 22% begeleiders zijn. Wat betreft leeftijd zijn de meeste aanvallers tussen de 40 en 60 jaar oud (51%), gevolgd door 37% jonger dan 40 en 12% ouder dan 60. Opvallend is dat vrouwelijke aanvallers de meerderheid vormen, met meer dan 51% in de leeftijdscategorie van 40 tot 60 jaar en 43% in de categorie jonger dan 40 jaar, terwijl mannen 68% van de oudere aanvallers vormen, boven de 60 jaar.
Het rapport bevat ook een overzicht van de ontwikkeling van aanvallen sinds 2010, toen er 451 meldingen werden gemaakt. Sindsdien zijn de incidenten blijven schommelen en het hoogste aantal aanvallen werd in 2022 gemeld, met 843, gevolgd door 677 in 2019. Interessant is dat het aantal aanvallen in 2015 het laagst was, met 344 incidenten.