Recentelijk heeft de ijsproductie binnen de Europese Unie enkele significante veranderingen vertoond. Eurostat, het Europese Statistiekbureau, heeft de cijfers betreffende de productie, import en export van ijs in 2023 vrijgegeven. Deze gegevens stellen ons in staat om de positie van Spanje te bepalen als producent, importeur en exporteur van ijs.
Duitsland is de grootste producent van ijs met 612 miljoen kilo, gevolgd door Frankrijk met 567 miljoen kilo en Italië met 527 miljoen kilo. Spanje staat op de vijfde plaats met 402 miljoen kilo ijs, net voor België dat 190 miljoen kilo produceert. Voor Nederland zijn er geen beschikbare cijfers wat betreft de ijsproductie.
Frankrijk vervult een belangrijke rol in de ijs-export binnen de EU. In 2023 heeft het land maar liefst 52 miljoen kilo ijs geëxporteerd naar niet-EU-landen, hetgeen 20% van de totale ijs-export van de EU vertegenwoordigt. Deze prestatie plaatst Frankrijk als de grootste ijs-exporteur binnen de Europese Unie.
Ondanks dat Spanje vaak wordt beschouwd als het voornaamste ijsland vanwege de warme temperaturen en het hoge aantal toeristen, hebben Nederland en België meer ijs geëxporteerd dan Spanje. Nederland staat op de tweede plaats wat betreft export, na Frankrijk, met een volume van 35 miljoen kilo ijs. België volgt op de zesde plaats met een export van 23 miljoen kilo, terwijl Spanje op de zevende plaats staat met 16,5 miljoen kilo geëxporteerd ijs.
In 2023 heeft de Europese Unie in totaal 261 miljoen kg ijs geëxporteerd naar landen buiten de EU, met een waarde van € 1,04 miljard. Dit vertegenwoordigt een stijging van 5% vergeleken met 2022, toen de export 249 miljoen kg was.
Tijdens de groei van de export is de import van ijs uit landen buiten de EU afgenomen. In 2023 importeerde de EU 56 miljoen kilo ijs, met een totale waarde van € 217 miljoen. Dit vertegenwoordigt een daling van 8% vergeleken met de 61 miljoen kilo die in 2022 werd geïmporteerd.
Opvallend zijn de grote prijsverschillen tussen de EU-landen, die kunnen worden toegeschreven aan factoren zoals productiekosten, arbeidskosten, kwaliteit van de ingrediënten en lokale marktomstandigheden.
Duitsland ha de laagste prijs met € 1,80 per liter, gevolgd door Frankrijk met € 2,20 per liter en Italië met € 2,60 per liter. Oostenrijk had met € 7,70 per liter de hoogste prijs, gevolgd door Hongarije € 4,80 per liter en Griekenland met € 3,70 per liter.