De beroemdste en duurste Spaanse munt, de Centén Segoviano uit 1609, wordt op 24 november opnieuw geveild in Genève. De startprijs ligt op maar liefst 2,17 miljoen euro, en de verwachting is dat dit unieke stuk geschiedenis opnieuw een record zal breken.
De enorme goudmunt werd geslagen tijdens het bewind van koning Felipe III en weegt 339 gram. Daarmee is het een van de grootste goudmunten die ooit in Spanje zijn gemaakt. In 2009 werd hetzelfde exemplaar al eens verkocht voor 800.000 euro, destijds een absoluut record voor een Spaanse munt.
De Centén Segoviano werd niet gebruikt als betaalmiddel, maar als prestigeobject of diplomatiek geschenk. Hij werd geslagen in de Koninklijke Munt van Segovia, een van de belangrijkste muntplaatsen van het Spaanse Rijk in de 17e eeuw. De munt is een symbool van de rijkdom en macht die Spanje destijds wereldwijd uitstraalde.
Volgens experts van Numismatica Genevensis, het veilinghuis dat het stuk aanbiedt, is het uitzonderlijk dat een munt van deze omvang en kwaliteit bewaard is gebleven. Grote gouden munten werden vaak omgesmolten of gingen verloren tijdens politieke of economische crises.
De belangstelling voor de veiling is groot. Verzamelaars en investeerders uit de hele wereld willen een kans maken om dit historische pronkstuk in handen te krijgen. Of de veiling het record van 2009 zal verbreken, weten we pas na 24 november, maar de verwachtingen zijn hooggespannen.
