Sinds het begin van de zomercampagne tegen bosbranden op 1 juni heeft de Spaanse politie 27 mensen gearresteerd en lopen er onderzoeken naar nog eens 83 verdachten. Zij worden in verband gebracht met tientallen branden die deze zomer het land teisteren.
Een van de meest opvallende zaken vond plaats in Ávila (Castilla y León). Daar werd een boswachter aangehouden die bekende de grote brand bij Cuevas del Valle te hebben veroorzaakt. Dit vuur verwoestte meer dan 2.000 hectare natuur en dwong de autoriteiten om twee dorpen in lockdown te plaatsen uit voorzorg.
Volgens de autoriteiten is het merendeel van de branden het gevolg van menselijke nalatigheid. Toch wordt bijna een kwart van de branden als opzettelijk aangestoken beschouwd. Een voorbeeld daarvan speelde zich af in A Coruña (Galicië), waar een boer twee keer vuur stichtte tijdens werkzaamheden met een tractor, ondanks het extreme risico op bosbranden. Daarbij raakten drie brandweerlieden gewond.
Daarnaast werden in dezelfde regio twee verdachten gearresteerd die achter acht branden aan de Costa da Morte (Galicië) zouden zitten. Hun motief was financieel: ze staken kabels in brand om koper te kunnen stelen en doorverkopen. Deze manier van handelen heeft grote schade aangericht in de bossen.
De politie benadrukt dat er hard wordt opgetreden tegen zowel nalatigheid als opzettelijke brandstichting. Elke verdachte riskeert zware straffen, zeker nu de impact van de branden elk jaar groter wordt door droogte en hittegolven.
De brandbestrijding blijft ondertussen een enorme uitdaging. Terwijl duizenden brandweerlieden en vrijwilligers dag en nacht werken om het vuur onder controle te krijgen, groeit ook de maatschappelijke verontwaardiging. Steeds meer Spanjaarden vragen zich af hoe dergelijke tragedies kunnen worden voorkomen.